Vertalingen besiegen DE>EN
besiegen (ww.) | to affect ; to concern ; to conquer ; to defeat ; to hit ; to master ; to move ; to overcome ; to strike ; to touch ; to win ; to win over |
besiegen | overcome by |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; figu.org
Voorbeeldzinnen met `besiegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: antunDE: betreffenDE: bewegenDE: einen Sieg davontragenDE: einen Sieg erringenDE: einen Stoß gebenDE: einen Triumph erringenDE: erregenDE: gewinnen gegenDE: hauenAlternatieve spelling of gebruik
| Let op; `move` wordt wel in UK-Engels gebruikt maar niet of zelden in US-Engels. In UK-Engels gebruikt men `move house / move flat / etc.` In US-Engels gebruikt men `move / move out` |