Vertaal
Naar andere talen: • ausfaulen > ESausfaulen > FRausfaulen > NL
Vertalingen ausfaulen DE>EN
ausfaulen (ww.)to be lost ; to be wrecked ; to crash ; to decay ; to degenerate ; to deteriorate ; to fall into decline ; to meet an accident ; to perish ; to rot
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `ausfaulen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abfaulen
DE: verfaulen
DE: wegfaulen