Urkers

Urkers wordt gesproken op Urk. Urkers bevat 71 gezegden, 897 woorden en 11 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

71 gezegden

'k ew angers niks mit je te skaften'k heb niets met je te maken
'k zal op en beddeik ga naar bed
ad ye, aye - ew ye, eye (aye is dus vt van eye), wat adje dan nog? ew je ok nog? wat aye? wat eye nau wir edoon!had jij, had je - heb jij, heb je
ai slikt z'n gromDe persoon is erg kwaad maar houdt zijn woede in.
as de eene kou skit tilt de angere zen start opelkaar naapen
As en stroaljagerDronken zijn
as ik m'n dat gewoar was ewest.als ik me dat bewust was geweesd.
as je auwe luijen, as je voar in je moer et wistenals je vader en moeder...
as je over de kwoadampen ene binnenals je de midlifecrisis te boven bent
As un garreStoned zijn
au die luijen beuten de duur.ga daar niet mee om
au je snuut, waffelhou je mond
aye allers mit em uriven / ofurfdhad jij al een keer met hem een erfenis verdeeld
beiye gek eworrenben je gek geworden
dan bin je moi kloar, dan beiye lekkerdat wordt niks
dan is de boot an, dan is leijen in lastdan is het hommeles
dan moet je wel skeuven, ei et flink eskuvenaardig aftikken
Dat zal je dan gewoar worren!Dat zal je merken
de (kark) klokken, carillon, op urk is ditter alteid mar eene, dus de klokke luid is et gezegde.beiaard
De karik moet boven de euzen stoonDe kerk moet boven de huizen staan
de tafel anzettende tafel dekken
die et ok en bek as en hooischuurgrote mond
dor prot Lubhij zegt ook wat
en eupen mullum mit en giewgauween blaaskaak
en garre et ok en oofteen garnaal heeft ook een hoofd (als een kind zijn zin doordrijft)
en kuiertjen mit de autoEen blokje om doen met de auto
en kuiertjen mit de otoEen rondje rijden in de auto
En kweewkien mit gerespelde kaezeEen beschuit met geraspte kaas
en lik vor je wezentik op je vinger
en zittend gat kan en bult bedinkenEen zittend gat kan een boel bedenken
er binnen maar kounen die blér hietenals een onbedoeld iemand zich...
et auwe vel, et secreet (alien van vrolluijen ezegd) Wat een secreet
ew je et al oord (met nadruk) anders: eye et al oordheb jij / je het al gehoord
eye / aye al en ei ad.Heb / had je al een ei gehad
eye alers en prikkien mit em opewarmdheb je al eens met hem van doen gehad
goon op je nestga naar je bed
Ik beyd men teyd (met hollanse ey's, ij en ei hebben in het urkers een 'ai' klank, vandaar Piet heyn en Magere heyn) ik wacht het af...
ik mog willen dat ik et in en zeijen (of beskeaten) doekien addevan nodeloos verloren geld
je gooien je eagen rutjen inzou je niet beter
je kunen Kaampen zien leggenBij iemand onder de rok kijken
je moren je (nog) dood; Noast moren (warken) bestot er ok nog moren (van de warmte), kuye et nog en bietjen eutauwen dan? nau et is angers wel moren or.Je werkt je kapot, werkt hard zonder dat het lukt
Je olle verstaandJe bent niet goed wijs
je vaoren je eagen mast overboordje benadeelt jezelf
je verdagen an de ráánd...je raakt nog radeloos / gek
Je zaklings auwe!Hoe kom je daar bij!
jie kreegen op je barstjij krijgt straf
kak zegt ieeen windje laten
Klauwen en morenAls het werk tegen zit
Lik an de dikQuitte staan; kiet staan
lo'ye dat eut je oofd, lot je dat ...laat je dat uit je hoofd
maolen, et mullumt in m'n ooft, mit molentjes lopen, een slag van de mullum ad eawenmalende zijn
Mein, zein, of eur gat got eupen in dicht, (men, m'n, zen, z'n, er) als een persoon zenuwachtig of angstig is
mit de koes op de kop wieromme koemenmet de kous op de kop
mit joe valt ok gien laand te bezeilenmet jou kom je nergens
no way, gien dinken an, over in eutbeslist niet
ochij marij, en uur op de pot, in nog gien eioch arme...
oh, dat binnen feine / fijne minsen, dat binnen wel oardige luijen, dor kuye wel mie worren. (woorden op -ijn zijn allemaal! leenwoorden en worden uitgesproken als in Piet heyn, fein -geen leenwoord- heeft andere klank en iets andere betekenis dan fijn) dat zijn aardige lui hoor
op je ier in doar kregenstraf krijgen
op z'n hier in doar, op z'n lichemop z'n falie.
opvreters worren er wel emaakt, maar niet ebeurenover opvreters
Over Kaampen nor Keuzen goonEen omweg maken
Tussen mal en vroedte klein voor het een en te groot voor het ander, puberaal gedrag.
Van wie bin ye er eene danWie zijn je ouders
vor mij en weat, vor joe en vraagzeg ik niet...
Vuel eil in zegen in et neije joar, geluckig nei-joarGelukkig nieuwjaar
wanaar kuen je leggen?Wanneer verwacht je de baby?
Wat is er loosWat is er aan de hand
wor moet dat ene? wor goye opan dan? wor zal je nor tou?quo vadis?
zo bleide as blikergens heel blij mee zijn
zo fein as popestroentvan een fijne richting
zo groos as en bessemzo trots als een pauw

897 woorden

bessien oma
kalletjen vriend / vriendin
ossebosse schommel
pinnevoegel vlinder
poeren hengelen
tietjes tenen
'n gezangetjeneen gezang

A

aai, oai / aaien, oaien, haai of hoai, aaiepoes : tegen de poes, als enige andere ww ook kraaien, laaien (van vuur) met 'aai' de overige als regel met -eijen, bijv: reijen (rijden) . et vuur lait op, ei aait de oend, zulie aaien et beest, aaye mij over men rughe? aye (had je) al? ei rijt er nau nortou, dor krait gien oon noar.aai / aaien, haai
aansenstraks
aarlik, aarlikeeerlijk
aarregtaanrecht
aedemen, aesemen, gean aesem kregenademen
ael, aelenaal / paling
aende, aendelek, aendig, van einde in vare.eind
aewenhebben
aewen, adden, ad. et ad aewen (het gehad hebben) gehad
after, achterachter
afteranachteraan
ajahallo
akefietjen, klussienkarweitje
alef (half), aleve (halve), ofkaleven, kalef, kalefies, kalefien, zaliven, zalif, alefien / ellefien (klein halfje), kellefien (klein kalfje), ellefien (elfje), alvieren, (halveren), angeralef, alers / alders.-alf
alg, aligen, balg, galg, galigen (galgen, bretels), talg, walg, waligen, alligator.-alg
alien, aliendig, aliendes, alienig, ook hier geen dubbel l na a, andere voorbeelden: akoord, wanaar, apartement. Nederlands: akkoord, wanneer, appartement.alleen
allegaer, Samentrekking van al-te-gader (in vergadering) allemaal
allemael, omdat het woord alle ook afzonderlijk bestaat schrijven we hier dubbel l. Samentrekking van de woorden al-te-maal dus 3 woorden. Eng.: all-to-gather. Het engels heeft ook dubbel l maar heeft andere spellingsregels.allemaal
allemoal, Drentse schrijfwijzeallemaal
allohoi
alteid, altoos, almaar duuraltijd
amerhamer
ammegtiguitgeput
anaan
an de wallebuiten urk
andiel, andeel, aandiel, aandeel, wordt door mekaar gebruikt, de vormen met 'aan' zijn verbastert uit het nederlands (urker aan=an) en dus eigenlijk fout. Zo hebben we ook nog diel / deel en dieler / deeler en het engelse dealer. vurdieltjen, klein / groot vurdiel / vuurdeel, (u voor r=u, vgl u voor w=u in bijv ruw) . verdielen / verdeelen en verdielig / vordeelig! doen er je vurdiel mee!aandeel
anewiezenaangewezen
angers, de angere kaant, angers-omme, wiet je nog angers?anders
ankieken, an-ekeaken, an-ekiekt, Onregelmatige ww'n ondergaan vaak klankverandering. In dit geval wordt ie in de verleden tijd uitgerekt naar ea, zoals in het engelse sea, deal, team. keek = cake, eek, week e.d.aankijken
anklauwenkel
anklauwhiel
anklauwenenkels
ansleuten, aneslutenaansluiten
anstoonsstraks
AnwinnegHeimwee
apenuutpinda
arebuije, arebuijenaardbei
arefst, en in 't oud urikers sarriesherfst
aremetierig, andere afgeleiden: aremoede, aremoedig, arm mins, areme minsen.armoedig
arepelsaardappel
argerg
arme, areme, de persoonsnaam Harm of Harmen wordt vaak als (H) aremen uitgesproken.arme
ArrebuienBoezel
arrieruzie
as ik, azzek, azzek dat doen danals ik, als wij, als ons
as wij, azzen wij, azzemen, as oensals wij
asdat waer is, asdat-et is, asdat em lukt, as-of dat kan.als dat, alsof
au je in, au je natuur eronger, behaars je! (met h), eut en benauden aars = oarsgatbeheersen (zich)
auto, uitspraak otowauto
automaat, automatiesautomaat
auw em op je dooiewagenhou hem in de gaten
auwe-oerenpraten
auwenhouden
avereijeschade

B

baebeopa
baezigbazig
bakken (van vleis), et vleis doen, broaden / broon, ik broad / broon, et broad / brod, wij broaden / broon, wat broaye? / broye?, gebroaden of gebroon vleis: et gebroad / et gebroon, Oploon / oploaden, ik loon / lod, ye loon / loaden, lod-je / loye?, ei lod, wij loaden / loon, opgeloon (de) of opgeloaden: spul, loadege, loading, aparatuur, mobiel e.d. Vroeger alleen broon en oploon, nu ook broaden en loaden met d! Vormen als; ik broai of wij loaien zijn onnodig verwarrend, dus niet gebruiken! ook ei brot, ik lot (met t) hier liever niet gebruikenbraden, laden
balderbaby
baldertjenlief meisje
baliken, valiken, alik (soort zeevogel), tjaliken, verkalikt, kaliken, stalking (eng.) De tussenklank is hier sterk aanwezig, daarom ook: balik, balikien, valik, tjalik, kalik. in het ev dus.-alk
balletjen gakgehakt
banentrottoir
beabegrootvader
beazigbezig
beddebed
beddezijkerpissebed
bedinkenbedenken
beeye nog en bietjen gek op mijgek
beginnen, anstalten makenbeginnen
beil, beel, biltjenbijl
bekieken, bekeaken, bekiektbekijken, bekeken
bekkienbakje
bekkienkopje koffie
bekkien koffiebakje koffie
beneid, Et zalmen beneijen, Et zal mij beneijen. ij=ai, eij=aai. -eijen komt veel voor in ww'n : meijen, leijen, reijen, greijen, dreijen enz. -eije komt veel voor in woorden als visserije, budereije, meije (de maand), skrevereije, vuelwevereije e.d.benieuwd
beneijenbenieuwen / benijden
bereidklaar
besoma
bes of bessienoma
bessembezem
bessienoma
bessienoma / opoe
betaekenisbetekenis
beutenbuiten
bevreijen, ik bevrij, ye bevreijen, ei bevrijt.Bevrijden
bezaardbezeerd
bibel, bybelbijbel
bibelgedielte, ie voor l is meestal lang als in dealbijbelgedeelte
bienenbenen
biesiesbeestjes
bietjen, ok artverstarkertjen, ok rooie bietjes eten, kuye nog wel eten?, nau kleine bietjes.beetje
bij kinnesbij bewustzijn
bijdehaand / wees / slim, bijdehandjenbijdehand
bije, insect, bijenkoneginnebij
bijna, bij lange nae niet (op geen stukken na) bijna
binben
binkienbankje
binnen, wazzen, ewestzijn, waren, geweest
bintjenbandje
bleide (as blik), ei op het eind van de lettergreep is ei als in eisijs: trei, vrei-de, bei-de, ei-den. ei in -eid klinkt als ai.blij
bloatjenblaadje
bloatjen, verkleinwoord van woorden op d, d valt weg + tjen.vel papier
blukkiesblokjes
bluui, let op: hier geen -uij. Het urkers kent een aantal tweeklanken met +j, i+j=ee / e zoals in kees / kezen, case, race / racen, sjees / sjezen, ree / ree-en, tray, okay, play, plee.
ook in woorden als geo-, museum e.d. zit ee / e. a+j=ij, aa+j=eij. e+j=ey dit is de hollandse ij / ei klank en komt in het urkers maar weinig voor. ei+j=eye en is ook zeldzaam: bijv. in de vraag wat eye? ie+j alleen in krieye (kreeg je), zieye (zie je) o+j=oi hoi, cowboy. ae+j=oai alleen in toai, zoai e.d. oo+j=ooi, mooi, gooi, ik gooi, ye gooien, ei goit, zie goit, wij gooiden, egooid. u+j=ui, uil, duik, huig, kruik, alle leenwoorden uit het hollands. ui+j=uij in uijen, buijen / buitjen, eutduijen, luijen, zuijen / zuid. oe+j=oei, boei, loei, doei, uu+j=uui, bluuien, gruuien, de boom gruuit eut. Verder nog aai / oai in dierennamem, haai / hoai, kraai, (pape) goai, gaai, bij=beije, kaaiman, in baai / boai, eng. bay, leijen=leiden / lijden, aye is vt van eye, aaien, laaien en kraaien ww met aai. Dit zijn alle vormen, het aantal voorbeelden is natuurlijk nog groter. Leijen = Leiden (ZH) .
bloei
boalem, grote verzinkte eizeren teilteil
boe'dereije (hier valt opmerkelijk genoeg de r uit in plaats van d, maar boererije klinkt ook ehm...), kiengerboedereije ok: boerenbedreefboerderij
boezelschort
bokker, buckervisserman
bolbrood
boontjesbonen
booskippen doenboodschappen doen
booskippies (et urkers wil graag de d verliezen) boodschapjes, boodschappen
bootjenbootje
braandekietelbrandnetel
braembromvlieg
bramdikke
breijen, breien
brijpriembreinaald
brillebril
BrugheRoggebrood
bruurtjenbroertje
bubbeoom
buijejongeman
buijeregenbui
buk, bukken, als ww: vuurover-bukkenbuik
bultveel
bunkienbonkje
BupeBroer
bupeJongste oom
burgemeasterburgemeester
bus-ukkienbushokje
bussiesstruiken
buurt, burtjenbuurt

C

cafeetjencafe
chukkeloachocolade

D

dami, zodrektzometeen
damiestraks
dan stroop je opdan stoot je je neus
de (vuur) beede, ee voor d klinkt altijd lang: ea, deze horen we ook in wreede, leed, smeeden, wee, heeten, eeden, lid / leeden / leen, streed / estreen, (g) ebeeden en leedemaeten. ook vur-beide, ei voor d klinkt altijd als ee, deze horen we ook in eiden (heden), steiden, teiden en zeide (zie zijde, zie ook zea) . ee als ea nooit verkorten dus: streeden (vt van streijen), sleedes, zeaen.de beede / heden
de (vuur) beede, met lange ea klankde beede
de banende stoep
de stam van de ww met eat erin: beat / bat (beet), dreat / drat (dreet), reat / rot (reet), vreat / vrat (vrat), at (at) -egeaten / egeten, kreat / krat (kreet / huilde), sleat / slit (sleet), meat / mat (maat), zweat (zweet) -ezweat. bijna alle vt, vt van zweten? ezweuten? ze batten derluis tanen derop stokket. dat beast skitte in m'n raam, ei rotte dat zo an twien. ze matten alles op. et slitte zo weg. nau zie krat ok. ei zweut as en oend. ze et al egeten. et is ielegaer versleen. et verdreut m'n wel, zijn zo wat alternatieve vormen voor -eaten.ww-eat
de stitieAmsterdam
de tussenklank is hier zwak en schrijven we niet! argeren, barg (berg), bargen, darg, marg, targen, bargingswark, barger (berger), bargingsmaeskepeije, bargen / burigen, bargden / burgden, eburgd / ebargd, De vorm met bargen heeft de voorkeur, in opburigen / opbargen heeft juist opburigen de voorkeur. buriger (burger), burgemaester.-arg
de-zelfde, en-zelfde, ja de zellefde!dezelfde, een zelfde
der, er / derbij, erbijer, erbij
die luijen (soms ongunstige betekenis) die lui
diezekbroekzak
dik, dikken, dikkiendijk
dikkertjengevulde koek
dinken, dochten, edochtdenken
dissedeze
doatumdatum
doen, dingen, edoon, ik doen, ye doen (en), ei dot, wij doen (en), ik ding, ye dingen, ei ding z'n ding, jului dingen jeluiers dingen, wij eiwen oens ding edoon!doen
domenaidominee
donnekenslapen
dor-dur, doar! duur!daardoor
dor, doar (oa voor meer nadruk) daar
dornoa, doar noadaarna
doromme, doar ommedaarom
dorst, ze dorst (durift) et niet te vragendorst
dorvor, doar vuurdaarvoor
dreiven, dreaven, edreavendrijven
drekpoep
droad, droatjendraad
drogedroog
drok, drukkies, drukkiendrop
drokken / doegen / en zet geven, zetjen / doegienduwen, duwtje / drukje
drucken, druckten edruckt, alle woorden met deze klank erin worden op eendere wijze gespeld o.a. druckereije, drucker, buck, bucken, buckte, bucker, druckte, geluck / gelukkien, ruck, ruckte, truck, trucken, visserij-box, boxen, boxer, box-bal, sluck / slukkien, bukkien, rukkien, zucke / zuckendrukken
druun, ww druunen, druunden edruunddreun
duer, dueren, duertjendeur
durp (meer accuraat: dörp) dorp
durpiendorpje

E

e-oortgehoord
eagen, eagelik, eagenaor, eagenaordigeid, eagenaordigedeneigen
eande, eanden, intjen.eend
eander, kimme, horizoneinder, kim, horizon
eawenhebben
ebeurengeboren
edoongedaan
eekazijn
een ooft tonenkoppig zijn
Een zeutjenRommelig
eene, twiee, driee, viere, veive, zesse, zuvene, achte, nigene, tiene, elleve, twoaleve, dartiene, viertiene, vijftiene, zestiene, zuventiene, achttiene, nigentiene, twientig, dartig, veertig, vijftig, sestig, zuventig, tachtig, nigentig, oenderd, duzend, veifoenerdduzend, miljoen, miljard.ééne, tweee, driee
eesijsienwater ijsje
eesklontjenijsblokje
eesklontjunijsblokje
eesklontjunijsklontje
eetseeet smakelijk
effen, effies, effetjeseven
ei, ei =aihij
ekeakengekeken
electries, electriciteit, stroomelectrisch
elfdeelfde
elfthelft
ellegewerf
ellek, elleke, elkselk, elke, elks
ellende, malleurellende
ElligeScheepshelling
emaaktgemaakt
en bonkeen groot stuk
en briebelsnotneus
en oop, en barg, vuel au je op een boerewagen.veel
en poeseen kus
en porre in je zeideeen por
en steekiensnoepje
enkangerelkaar
er in, der in, dor in, doar indaar in, er in
erbarmelik, darm, darmen, karemis (samenstelling van kark en mis, wordt niet meer als zodanig herkent), karrewiel (samenstelling van karre en wiel), karmt, karmde, alarmen, marmeren, warm, wareme, waremen, karemen (kermen), In de spreektaal wordt vaak een 'e' geplaatst tussen rm, rf, lg, lk, rg, rk, lf, lm. Het urkers heeft deze neiging sterker dan het nederlands. Vooral als de stam van het woord met -en of -er verlengd wordt zoals in de ww en in het mv hoor je de tussenklank en schrijven we deze ook. In alle andere gevallen liever niet omdat er dan onnodige medeklinker-verdubbelingen ontstaan zoals warrum (warm) . In het engels is het zelfs in de spreektaal absoluut 'not done' om bijv millek te zeggen ipv milk.-arm
ereut, erin, erop, eran, erof, er-van-of, eronger, erboven, ernoast, erduer-eine, erom-eine, erover-eine, erlangerst, erongerduer, ertugenan.eruit
eslutengesloten
espruekengesproken
espueltgespeeld
esseloar, paeter of knikker, en grote: bomknikker
ethet
et ethet heeft
et teije, ebbe in vloudhet tij
eten, atten, egeten, ei it, ei vrit.eten, vreten
euliebololiebol
eurluishun
eurluis, erluis, erluiers, eulies, Die luijen derluiers fiets waz esteulen. Die mensen hun fiets was gestolen.hun, die lui hun
eushuis
eut z'n fasolkapot
eutangenuithangen
eutelegduitgelegd
eutnodiginguitnodiging
evloektgevloekt
evoendengevonden
ewheb
ew je al en ei adheb je al een ei gehad
ewestgeweest
ezegedgezegend
eziengezien

F

feil, dweildweil
fikvuur
flair of flaerklap in je gezicht
flieringzolder
frissienfrits

G

gaafleuk
gaanzegans
ganghal
ganksnel
gankvlug
garregarnaal
garrengarnalen
garretjeskaaschips
gat, reet, op m'n gat, reet.bips / kont / billen
gé kunt er niks vanje kunt niets van
gedielte, ie kan lang of kort zijn, met of zonder nadruk, we spellen y voor l in wyl, zyl, kyl, enz.gedeelte
geelgeel
geen, een =eangeen
geeven, gavven, egeeven, en gegeeven paard. (als het deelwoord bijvoeglijk wordt gebruikt heeft het wel g) gegeven
gefelicitierdgefeliciteerd (gefíliciteerd)
gelokkiggelukkig
geluckiggelukkig
gemiengemeen
gemurigengoedemorgen
gemurigen jeluigoedemorgen
genachtwelterusten
gerespeldegeraspte
gerespelde kaezegeraspte kaas
gewoar binnen, gewoar wezenbewust zijn, wezen
gewoar worrenbewust worden
gewoene, nermoalegewone / normale
gieneene, een =ean, geen-eene!niemand
ginkiensteegje
ginnemuijengenemuiden
gisteravedgisteravond
goargaar
goaresimpel mens
goatjengaatje
goldengulden
goon, gingen, egoongaan
gotgaat
gresgras
grietgreet
grinzegezicht
groostrots
gruuigroei
gruunteboergroenteboer
gruusgruis
gullekabeljauw
GupReinier
guppienreinier

H

harik, harikenhark
heten, toen heeten, de zo geheten. Ik heet piet, ik heete toen jan, de zo geheten jan pieters. alles met lange -eat klank (de h geeft aan dat -eet -eat moet zijn en wordt zelf eigenlijk niet uitgesproken) Oh ja, heate kip of heete kippe? spelling is gewoenweg een keer kiezen...heten, toen heetten, de zo geheten
hoendhond
hossebosseschommel
hotel (internationaal herkenbaar vgl. auto) gastenverblijf
huisientoilet

I

ie, wat ettie?hij
iedereene een =eaniedereen
ielheel
iele, eelehele
iepelepiepiesluizen
ierhier
ikik
ik bin, ye binnen, ei / zie / et is, wij / julie / zulie binnen. vt: ik was, ye wazzen, ei was, wij wazzen. vragend: beeye? isse? is-ie-der-al? wor wasse? wat wazzie? oe-wazzet? wazzen wij? wordt met iets nadruk gevraagd dan vinden deze samentrekkingen niet plaats bijv: was zie er nou al?ben (zijn)
ik goon, ye goon / gonen, ei got, wij goon / gonen, goye al?, dor got-iegaan
illestiek, illestieken, illestikien, elastieselastiek
immer, pusseemmer
inen
In het urkers twee woorden: lijn (op de grond, op kaart) vgl eng. the Line (evenaar), lein (voor draad) bijv, waslein, vislein, staeldraed e.d.lijn
in m'n zei (de), an beije kaanten, en zeide of lappe gulle (één zij gefileerde kabeljauw) zij, beide zijden
in m'n zei, in m'n zeideszij, in mijn zij
in m'n zeije, beije zeijen, zeiden et wel de vuurkeur zeije is stof.zij, beide zijden
inkelenkel
inkeld bv: er is inkeld brood, inkele of inkelde keerenkel, enkele
inkeldekinkeldekoriaschelp (spiraalvormig)
inskinkeninschenken

J

jah, ja (in schrijftaal alleen ja) en ne (nih), nee (nii), de korte klank voor het normale taalgebruik, de lange voor een meer beslist ja of neen. Net als het woord ye (jie) of het ned. een (un) berust de spelling op afspraak en niet op regel. ne die aew ik niet ezien, ja gister nog wel.ja en nee, neen
jampeldekampaftikken (bij spel)
jankenhuilen
jattenjaten
jejn
jeu
je of ye: bijv. aye? eye?je
je toppepony
jeluisjullies
joarjaar
joarenjaren
joartjen, jortjenjaartje
joejou
joenjouw
joen / joe, joen boek, et is van joejouw / jou
jongejongen
jongetjenjongen
jongetjunjongetje
junkienjonkie
juuk, minder serieus: jukege of de kriebels aewen.jeuk

K

kadoekkapot
kadootjen kedoo, kedoos, kedootjencadeau
kaezekaas
kaezesneijer, eutspraak: snaaierkaasschaaf
kakalief
kakkenpoepen
kalletjevriendinnetje
kalletjenje verkering
kalletjenverkering
kalletjenvriendin
kalletjenvriendje
KalletjesEen verkering
kalletjunvriendinnetje
kapkoolwitte kool
Kapotjen, rubbertjencondoom
karikienkerkje
karkkerk
karstkerst
karstfeastkerstfeest
KatteKat
kattedarmvisdraad
keint, en klaen kientjen, en keinsdeelkind
kemoffeloekienklein hoekje
kenien-okke, kippe-okke, mierebult dus nooit n ingevoegdkonijnenhok
kenien, kenienetjenkonijn
kessekast
kessienkastje
keukediefienlieveheersbeestje
KeuzenEnkhuizen
kèze, kaezekaas
kiekkijk
kiekenkijken
kiekes on, kiekers anMooi gedaan
kiengeren, dat et je aegen kraet (gebroed) edoon!kinderen
kinnekin
kiptikkertje
kippe of innekip
klaenklein
klauwenprutsen
kleanekleine
kleppeklep
klinkt als 'ai' in heide, weide, weiden, ei, eieren, beieren, beierd, ei (hij), en in de uitgang -eid (oardigeid), klinkt als nederlandse ei in de uitgang -eit (electriciteit) . 't IJ is het water voor Amsterdam. ww op -eijen hebben ij in de 3e persoon: ei rijt, zie snijt, et lijd, met -ijt / ijd, of: ei verneid, zie bereid, et leid met -eid. het urkers kent geen dt .woorden op ij hebben het mv op -en: rijen, kijen, lij, lijen dakje / leijen dekkien, de lijen laggen op et dak, deije / deijen, beijen en zeijen stof. ei in weid (wijd) : eutweijen (uitwijden of uitwaaien) over de weije weiden, en weije blik eawen of weidse blik. weydse (hollandisme met ey dus) . Het voorkomen van zokke woorden wordt hollanditus eneumd, ik wou dat ze dermee op de hei zatten. ik weid eut, ei wijt weg. zie ook lijden / leiden voor ij / ei verschil.ei, -heid, -eit
klintjenkleintje
kloarklaar
klokkeklok
klootzak oo als in Ohm, Bohr (duitse klank) Klootzak
knienekonijn
knipportemonee
knipportomonee
knippiendutje
knoffelknoop
KnolletjesKoolraap
knoopiennavel
knuppienknopje
koartkaart
koemenkomen
koesenkousen
koevleasdraadjesvlees / rundvlees
kollevoorhoofd
KollezeutjenOnin
Kollezeutjenonzin
kophoofd
kost (warm) eten
kostwarm eten
kounenkoeien
kozein, kozeinenkozijnen
kraakgalerij (kerk)
kransdamesbijeenkomst
kreafieskreeftjes
krekprecies / goed
krek, juest, presiesprecies
kretenhuilen
kreuzebullum, vgl mullumkruisbes
krieftenkreeften
kroalensketernachtvlinder
kroonkraan
kruuzebullumkruisbes
kukebaebeovergrootvader
kulekuil
kunenkunnen
kuppien in skotteltjenkopje en schotel
kurf / karf, kareven / kuriven, kurfden / karfden, ekarfd / ekurfd (kerven), skarf, skareven, larf, lareven, parefum, warfum (Friesl) .-arf
kurk, kurik, kurikienkurk
kuukediefienlieveheersbeest
kuukenkeuken
KuukenbessienMoeders moeder
kweewkbeschuit
kweewkienbeschuitje
kweewkien, koekienbiscuit
kweitkwijt
kwest, ongerwelenondertussen
kwienmietje
kwoad, kwoaiegeidkwaad
köppienkopje

L

LaampLamp
LangeLang
langerstlangs
lantarenpoallantarenpaal
larecatechisatie
larenleren
leamleem
leamlijm
leastlijst
leew, leewen, ok liew, liewen, Liewarden (FR), eaw (eeuw), eawegeid.leeuw
leifteidleeftijd
lestikkertje - aantikken
lestelaatste
leusterluister
leusterenluisteren
leuzenluizen
liesthet liefst
liftleeft
lik (en dooie), lik (even oge), (ge) lik stoon, gelik eiwenlijk, gelijk
liktlijkt
limpienlampje
loaten / lottenlaten
lochtlucht
longunlongen
loopertjenukkie
loos, skuur, box, garageloods, bergruimte
loove wezenmoe zijn
lovemoe

M

m'n narm, m'n beije armenmijn arm, armen
maarmeer
maekenkletsen
maekenkletsen, zeuren
maekpiepzeurkous
maggenmogen
maggen / mugen, mochen, emugen, De mughen mochen dur de kamer vliegen!mogen, mochten, gemogen
make upmake up
maosvrienden / viendinnen
markmerk
mauenzeuren
mauwenmouwen
meede-dieling, miedielingmededeling
meede, mee, vor eutspraak zien: zee, soms verkort (gebiedende wijs) : koem mie dan!, meede verantwoorden.mee
meinmijn
mein, men, m'nmijn
meskienmisschien
metormotor
meuzenmuizen
michtug, alemachteg, oe-michteg, oe-maggiesmachtig
miew / miewenmeeuw / meeuwen
mij, ij=aimij
mimmemoeder
minne moaien, secreitjenmeisje (onaardig )
minsmens / mevrouw
minspersoon
minsvrouw
mins, vrouwegetrouwde vrouw
minsenmensen
mintjenmandje
mitmet
mit, As riegel alteid mit, in nooit met of mut al et et vaak die klank wel. et is inkelt mit as et benaedruckt word. bv jan mit piet. Mar de lezer wiet dat wel, et is ok alteid et, in et is ok alteid et. lees dit nog maaris... zieye'et al?met
movrienden
moaienmeid
moasmaten
moas, et is an tussen een jongen in en moatjen.Vrienden / vriendinnen
moateen vriend / een vriendin
moat, dor stot gien moat op (dus onbegrensd, ook overdrachtelijk van persoon of streven) maat (waarde)
moatjenmeisje
moemama
moendmond
momsmama’s
mooienmeid
moonmaan
moondagmaandag
moorenprutsen
moskemus
mugenmogen
mugen / maggen, mochen, emuegd. tt: ik mueg / mag, ye mugen / maggen, ei mag, muye dat / maye dat? vt: ik moch, ye mochen, ei moch. moye dat? = mocht je dat?mogen, mochten, gemogen
MurigenMorgen
murigen iedereenegoeiemorgen iedereen

N

naaienieuwe
NachkessienNachtkastje
naregesnergens
Natte worstSaucijzen
natte worstverse worst
naunu
ne (nih), nee (nii), zie ook janee
neidnieuw
neifienneefje
neije diep (NH) den helder
neijerwessenieuwerwetse
neisnieuws
neis / nijd, beneijen, et beneid m'n, ik benijd je, beneid wezen, benijd worren, eindigt een woord op -eid dan is ei: ai. (behalve bij teid (e) wat vroeger tei-dinge / bericht was, met openlettergreep dus) benieuwen / benijden
NeiveNeef
nekkenek
neumtnoemt
neuzeneus
nichiennichtje
niemennemen
niemen, nammen, eneumenneem
NiksNiets
noadielennadelen
noar, nornaar
noast enkangernaast elkaar
nog ers en keernog eens
noneoom
noneoudoom
nooneoom
nor, noarnaar
nunefopspeen
nunespeen

O

oal vangenpaling vissen
oalen, binnenhalen van de nettenhalen
oaltjenpaling
oarhaar
och-eiden, ochij, och-eremeteid, van verbazing: oe-eiden, oe-ei, oe-í, oei, oe-eremeteid, wat jammer
ochtedochtend
oe got ut?hoe gaat het?
oe is met leiven no dahoe gaat het met jouw
oe loat?hoe laat?
oe-eidenochheden
oejoehoe denk jij er over
oekevetjenhoekkastje
oendhond
oenzeonze
of-eleverdafgeleverd
ofpoesengoedmaken
ofsloonafslaan
ofspraakafspraak
ofstan'sbediening, knipperafstandsbediening
oftigvaak
okke of kooi, deuf-okke, apekooi (het urkers kent geen mv's tussen n) kooi
omgeevingomgeving
ommersimmers
OmmersToch
omvareomver
ongeronder
onger, ongerweilen, teijenstijdens
ongerbroekonderbroek
ongerlestonlangs / laatst
ongerzoekonderzoek
onjeklonjeeau de cologne
oofdhoofd
oomOom
oonhaan
op de kwinkhuilen
op z'n vreimsNederlands (taal)
opeens, een =eanopeens
opegeten / opegeatenopgegeten
opmarikenopmerken
opmarking, anmarking, ark, ariken, stark, anstariken, mark, mariken, kark, kariken, karikatuur, park, parking, wark, warking, wariken, variken, het eiland Marken.-ark
opoe / bessienoma
opperdamuitgaan
opreumenopruimen
opruijen, stoken, ene opdreijenopruien
or-danluister eens
orloziehorloge
ossebosseschommel
oud, outjen, ik skrik m'n en oetjenhoed
overeenkomsten, een = eanovereenkomsten

P

paardestallepaardenstal
pallementoasiefamilie
papvla
PappeBorst
Pappenborsten
peper-ussienpapieren puntzak
Peuksigaretje
piepkenielkaneel
pilsienbiertje
pinnepen
pinnevoegelvlinder
pissen woateren, openbaar urinoir: pis-ukkienplassen
plakke bol, plekkien broodboterham
plintjenplantje
poal, lantarenpoaltjenpaal
poalenskarmpalenscherm
poar, porpaar
poeiermellek, choko-drink, chocomelchocolademelk
poeiersukkerpoedersuiker
PoerenHengelen
poerenvissen
poerstokhengel
poerstokvishengel
poeskus, zoen
poeszoen, kus
poesenkussen
poesenzoenen
polisiepolitie
pollemetoasiefamilie
por, poareen paar
porietrut
praotenpraten
prebierprobeer
priksinas
prumpienvagina
PrumpiesVruchten bowl
psalm, psalemen / psalms, psalmpien, galm, galmt, galemen, galemiezen, gresalm, kalm an, kallum! (uitroep), kalmieren, kalemte, alm, talimen / truzelen, walm, walimen, inpalimen, palmbomen, zalm, zalimen, zalmslaatjen, zalmpien. neijerwes: zalms, palms, alms, walms, galms, kalms (geweze) .-alm
puberteidpubertijd
punten in streepen, wortoltjus mit doppertjesDoperwtjes en worteltjes

R

raeze, ressienreisje
reide, reidelekeid, rídenaesie, rídeniren, Ei is zo bleide, ei is eut het redden. (buiten zinnen / de rede van blijdschap) rede (ratio)
reijenrijden
reijen (op een paard), klaermaken (van de kost), bereijen, beredderen (alerlij etenswaer) . dingen of zaken vuurbereijen (vuurbereijingen plegen) . zie rijt paard, zie bereid vuur. voor verschil van ij en ei zie ook: lijden / leiden en benieuwen / benijden. Het urkers kent geen dt!!berijden / bereiden
reistrijst
reuk, eu als in geurreuk
riegelsregels
rijger, 'reyger of raiger' we spellen altijd ijreiger (vogel)
rikrijk
rimpiesramen
rintjenrandje
roarraar
roendvoartbootrondvaartboot
roentjenrondje
rommeldrugs
rotterat
rukkenruiken
rutblut
ruuienroeien
rökkienrokje

S

sarriesherfst
scalepen, scalep, scalpel, scalpieren, skalebieter (oorwurm) harep, harepen, karper, karpers, snarepen, snarpend, snarpt (snerpt) -alp, arp
sekssex
sitoasies, situasiessituaties
sjekshag
sjekkienshagje
sjoefhajs
sjurepstroop
skaese, skaesenschaatsen
skaften, skoften, skaftteed, skeuve is een oud woord voor tussendoortje; op de skuffies eutwezen (lekkerbekken) . tegenwoordig ook: skuifies, zie is op de skuifies (op de gemakkelijke voordeeltjes uit) . onbeskoft in z'n vreet (onbeschaafde eetgewoonten hebben / onbeschaafd zijn) . als scheldwoord: veule skoften dat je-der-lui dor binnen. flink scheuven (goed eten), fig. ook geld uitgeven; flink skeuven auwe!schaften, pauzeren met iets erbij
skalebieteroorwurm
skappeleurtjenpatroon
skarr'ln, skarrelen, ok: verkeiring aewen mit en persoon. Oe skarrel jelui? mit wie skarrel je nau dan?werken
skatschat
SkatSchat (liefkozend)
skeijegescheiding
skeive, skijf, skeivetjen / skeifien. skijfienschijf
skelepos
skepselschepsel
skeut, andere betekenissen; scheut of lootschuit
skeuven, vt skueven, skeuve, skuffien, op de skuffies eutwezen, zie ook bij schaft.schuiven
skielersskeelers
skieten, skeut, eskeutenschieten
skitterendschitterend
skoel vis, oe is hier gewoon lang zoals gebruikelijk voor l of r.school vis
skoel, skul waarschijnlijk lang geleden skoe-le, de e is verdwenen maar de korte oe is gebleven. In het kamper dialect is het woord skole, nor skole.school (onderwijs)
skoelapperdagpauwvlinder
skoerschouder
skoersschouders
skoeterscoter
skommelschommel
skoondogterschoondochter
skoonmoerschoonmoeder
skoonvoar, schoonvader
skoonzuunschoonzoon
skou, skounenschoen
skounenschoenen
skraewenschreeuwen
skrevenschrijven
skril, ok nauw, nauwte, ingte.eng, engte
skroeveschroef
skruuienschroeien
skuerschuur
skullupschelp
slikkarre, vullesautovuilniswagen
slikkenlikken
slikvatprullenbak
slikvatvuilnisbak
sloasla
sloavinkslavink
sloonslaan
snijachtsneeuw
snijachtsturimsneeuwstorm
SnoarSchoonzus
snoepiensnoepje
snoepiessnoep
snotbriebelloopneus
soawillem
SoedukDommerd
spaetjen.berenburger cola
speitjen, en lekker speitjen auweBeerenburg + Cola
spiertjesspiritus
spleatkier
spoa, skep, skuphespa
sprose lippenruwe lippen
spuelenspelen
spuelgoedspeelgoed
stallestal
stapelbeddestapelbed
starksterk
startstaart
startebutjenstuitje
steekienSnoepje
steen, een=eansteen
stoanstaan
stoarstaar
stoarenstaren
stotstaat
streaktoal, evenzo: eaken-aut, teak, weak (week, slap), creek (riviertje), leak (leek) Eng. (lek), sneakers (gympen) .streektaal
StroalbezupenDronken
stroaljagerstraaljager
stroatstraat
stroatemakerstratenmaker
strottekeel
strunersstappers
stuckstuk
stukkiesstukjes
suendes, saeterdas, op et suende-skoel, smoondes, dinnesdas, swoenesdas, donderdas, sfrijdags. of; op en moondag enz.'s zondags, 's zaterdags
suenterkloas, oorspronkelijk suendekloas, suendekloazemannetjen = speculaasje, op Terschelling heten de sinterklazen nog steeds suendekloazen, vgl ook suende-skoel en suendags.sinterklaas
sukkersuiker
sukkerpötjensuikerpot

T

taandestokertandenstoker
tanentanden
taotevader
tefelteppertafeltopper
teidtijd
teitjen, poosien, die ew ik al en poosien niet ezien.tijdje
tessientasje
teug (min vollek) vgl teuge woater. paardeteugtuig
teuntuin
tie, tiesteen
tiepen, typentypen
tiestenen
tingetijding / bericht
toaltaal
toalen, ei toalt er niet noaromzien naar
toalgebruktaalgebruik
toatevader
toonentanen
trekkerkar
trinjetierenonrustig rondlopen
troepdrugs
tugentegen
tuntjentuin
tutteJongste tante
tuttetante
tuutebelkruisnet
twestintussen
twoarendoelloos rondlopen

U

uitspraak; indrik, indricushendrik
umzun, em zen, z'n, ieder et zeinezijn, z'n, ieder het zijne
urikerurker
urikersurkers
uriven, urf, Evenzo gespeld gulipen, sculipen, duriven, edurfd, vurive, vurf, vuriven, sluriven, slurp, sluripen, eslurpt, urfenis, slurf, durf, durp, duripen, durpien, slurpien, slurfien, turf, turiven, durfden, vurfden, slurpten, urfden, onturiven, sturf, sturiven, besturiven, wurf, verwuriven, murm, vermurimen, sturm, sturimen, besturmd, vurm, vurimen, wurm, wurimen, zwurm, zwurimen, sturmt, skeepswuriven, kuriken, luriken, snuriken, nurks, turks, turiken, urk, uriker. enige uitzondering: mullum, mullums, mullumpies, mullumen / maelen, maelums (mazelen), mullumer, maelder, mulder. ook skullups.-erf, erven - mölms
ussienhuisje
ut bestedoei
ut uisienwc

V

vapapa
vavader
van de mimmenaakt
van plastic, plestiek; ofwasteiltjenteil
vanavedvanavond
vandagevandaag
vanzellefnatuurlijk
varderverder
vardersverder
varekiekerverrekijker
varikenvarken
vast woarzeker
vein, in et vein is waeneg te veinen, Veindam (GR) veen
veinen, voenden, evoendenvinden
Verdeffedierechienin de familie
verdellegtkapot zijn
verdifferdierugienverzetje
verjoardagverjaardag
verleggienverlegje
veroalverhaal
veroaltjenverhaaltje
VerrotVies
verskieten, verskeutenschrikken
verstaandverstand
vertoalenvertalen
vertulvertelde
verwaantskapovereenkomst
verwaantskapverwantschap
veterveter
VisangelVishandel
vissienvisje
vliegen, vleugen, evleugen, dor vligt ierennen
vliegteugvliegtuig
vlucht of vlocht, evenzo: bocht (bocht), mochen ww (mochten), slochteren (GR), vocht (vocht), pochen (pochen), rochel (rochel), locht (lucht), nochtere mage, anders; togt (tocht), dogter, kogt (kocht), mughe (vlieg), rughe (rug / rog), brughe (brug), gedrogt (gedrocht), zogt (zocht) . De mughen mochten roendvliegen?, buchien (bochtje), luchien (luchtje), töggien (tochtje), drugs, vrucht, vruchien, gehuchien, mughetjen, stug en stughe (met klankverschil!), vlug dan, vlugge, vlughe! in ei vlueg. pluggien, muggien of mughetjen, pluggen.vlucht
voarvader
voartvaart
voe'bal, -club, -skoenen, -trainer, -elleftal.voetbal
voegelvogel
voenst; voendenvondst
vollegesvolgens
vor, ervuurvoor
vorbeigangerpassant
vortweg
vreimdeiemand van buiten urk
vreimdeniet urreker
vreimdengen urker
vrijmdenToeristen, niet Urkers
vu'rduurvoordeur
vuerigevorige
vues te kaut, de kauwe / de kelte (de kou), en kauwe vattenVeel te koud
vunkienvonkje
vurbield, vuurbield, verbielding, verbielegevoorbeeld, verbeelding
vurduur, met klemtoon op duurvoordeur
VurigVorig
vurin, vuur in (met nadruk) voorin
vuulveel
vuuresteld, met nadruk op vuurvoorgesteld
vuurstraetvoorstraat
Vörssies, vurssienliedjes / versjes

W

wanaar goye de elfde wat de ellefde! (tussenklank alien invoegen as et woord benaedruckt word.elfde
wanaar goye?; de elfde; wat? de ellefde! (tussenklank alien invoegen as et woord benaedruckt word) .elfde
wareldwereld
wareldberoemdwereldberoemd
warkwerk
wat kunen, onger de knie eiwen, laar wat dan kuye wat. ook; dat behaars ik wel.beheersen (iets)
wat oal je eutWat doe je
wat ofemoord aewenHet moeilijk gehad hebben
wea, wea-en, weedenoar, weede-vrauwewee
weg kreupertjenverstoppertje
weg kreupertjen / verstoppertjenverstoppertje
wegkreupertjenverstoppertje
wegkreupertjunVerstoppertje
weik-lappemaanverband
weinWijn
wellekewelke
wepswesp
wetgeevingwetgeving
wiend, wienden, opweinen (van natuur / droad / vislein) winden
wienterwinter
wietweet
wietenweten
wij, ij=aiwij
wipwapwip
wir / wier angersopnieuw anders
woarwaar
woareidwaarheid
woarommewaarom
woenenwonen
wor, woarwaar?
worommewaarom
worrenworden
worst, wursienworst
wupkussumsprinkussen

Y

ye (uitspraak jie) vgl eng. youjij

Z

zaagezaag
zaarzeer
ZakkewasserHufter
zatgenoeg
zau ik, zauen we dat wel doen? za'ye =zal je, zaye =zie je, dus zau-je niet samentrekken! zau-ie =zou hij, boers praten als zauwie nau wel rechtstreeks tegen de ander gericht is geen normaal urkers.zouden
zea, zealaand, zeaws, new-zealand, vgl ing. sea. vgl. ok mee (de), ree (de) / reide, snee (de), slee (de), bree (de), zeede, tree (de) / treide, lieve vrei (de), zei (de), bee (de) / beide, beije (ned. beide) .zee
zeaverspeeksel
ZeaverenKwijlen
zeede, zeedes, zeeden, zee'n in zeen, spek of zwoerde. zeiden binnen je beije zeydes, zeijen is van bep. stof. Vor eutspraak zien: zee.zede, zedes, zeden, en zeen
zeije, zeijen (stof) zijde, zijden
zekkienzakje
zelfzelf
zeutjenzooitje
zien-jen et nau! of zieyenet / zieye'etzie je nou wel!
zien, zaggen, ezienzien, zagen, gezien
zijken, maekenzeuren
zo doalekstraks
zó doeye dat, zoo?, nau dat is angers ok mar zo-zozo
ZoaterdagZaterdag
zuckezulke
zuendagzondag / dag des Heeren
zului, zulie, ze (in het nederlands ook hun of hullie, wat als foutief wordt gezien. In het urkers ook eulie wat volstrekt normaal taalgebruik is, eulie is als zelfst.nw. overigens olie!, daarnaast nog zullie wat als geafecteerd taalgebruik wordt gezien, alleen gebezigd tegenover vreemden.zij / ze (mv)
zunnezon
zussienzusje
zuunzoon
zuutjes, zachies, kalm an!, iel zachies aaien or (van oend of katte) zachtjes
zwagerschoonbroer

11 opmerkingen

  1. "Buie" (jongeman) verwant aan het Engelse "Boy".
  2. Als regel voor de spelling onthouden we: woorden die in het urkers eindigen op -ein met ee klank als in bijv. wein spellen we met -ein. woorden die in het urkers eindigen op -ijn met ey klank als in bijv. plijn spellen we met -ijn. Er zijn in het urkers ook nog een paar woorden met de aen klank erin. dit is de lange é als in militair: In klaen (klein), raen (rein), aende (eend), aende, aender, aendelek, aendig, eut-aende, aendpunt (allemaal van eind / einde) . Ook in Meindert en Hein (Aen) horen we deze klank, Magere heyn is een uitdrukking rechtstreeks vanuit het nederlands. Ook in skaef, skaeve (scheef, scheve) horen we deze klank. vgl. met het engelse; you have, heaven. Dezelfde klank verder ook in: kaet (kuit), aegen (eigen), maek (made), kaeze (kaas), skraew (schreeuw) en baeswaeter (overkomend buiswater) . we spellen ij voor l zijl, bijl, nijl enz. We spellen braem (dikke bromvlieg), zelfde klank als creme en -air in buitenlandse woorden.
  3. Gelieve an de spelling niks te waezigen. Tip! lees eerst de gezegden vordat je wat goon verangeren, dan wiet je een bietjen oe asdat-we et aewen willen. Er bestot vor et urkers elaas, jammer genoeg nog geen standard-spelling mar dor wariken we ier juest an. lees ok de opmarkingen ongeran. (kost wel wat teid, mar is tog echt nodig as je persé goon verangeren) .
  4. Net als het engels kent het urkers de lange ie (ea) zoals in team. Er zijn 2 spellingswijzen, ea als de klank voor -, t, g, k, s, w staat; bijv. heate kip (hot chicken), versleaten (versleten), esteagen (gestegen), teak, dreamteam, esteaken (gestoken), Eemshaven (GR), beast (beest), feast (feest), eaw (eeuw), zeaws (zeeuws), zea (zee), New-Zealand. De engelse wijze zegmaar, de andere wijze is met dubbel ee als de klank voor d, f, n, m, p, v staat; bijv. wreed, mee (mede / mee), slee (slede / slee), versleen (versleten), geeven (geven), leef (leefde), een (één), steen, leem (lijm), keep (keep), sleepen (slepen), skreef (schreef) . De lange ie (ee) wordt nooit afgekort, dus wreede, zeeden (zeden), steenen, vgl. stegen (stijgen) met esteegen (gestegen) . dit is zeg maar de urker wijze. versleen en versleaten is hetzelfde maar doordat de t uitvalt verandert de spellingwijze! ie voor r klinkt altijd al lang, dus ieren, dieren, bier, enz. ie voor l is ook lang: bield (beeld), ielt (eelt), tielt (teelt), wielde (weelde), diel (deel), we spellen y (korte ie) in wyl (wiel), zyl (ziel), kyl (kiel), kryl (kriel) enz. let op het verschil in klank tussen verveeld, verbield en bezyld.
  5. Rede! de woarlek zeuverende rede, en zalive vor de zyl. reide, Zo onreidelek, zu'ye nau zeggen, wor komt dat, ei vandoan? reide, reidevoeringen, dur weesneuzen, reiden, reidenen, berídeniren, nogstees reidelek? au ik ier en reide dan? of en reede soms? Dat leste komt van skippers, die op de reede laggen, die ter ofskeid nog, en proatjen hielden. Dat legt in de reede, of eigelek erop! Sja, om weeseid te bekoemen... reide is de urker eutspraak van rede, redelijk, beredeneren, redevoering, in redenen. Klap vor m'n kop, nau bin ik rídenoasie vergeten. Mar wacht effen, dan ew ik... die ier net auwen!
  6. Woorden die op -eit eindigen, zoals elasticiteit worden vaak als ey uitgesproken, ze komen vaak via het nederlands in het urkers: specialiteitjes, universiteit, electriciteit enz. Als regel -eit =eyt, -eid =ait. beieren klinkt ook vaak als bey-eren, het hangt veelal van de persoon af. De schrijftaal heeft dit probleem niet we spellen alleen ei. eieren dat in de spreektaal veel vaker gebruikt wordt is altijd met ai, voor de vreemdere woorden zoekt men onbewust de nederlandse uitspraak op.
  7. Zij, ze (mv) is in het urkers zului, zulie, ze. Het nederlands heeft nog hun, hunnie, hullie wat als ontoelaatbare verbasterde vormen worden gezien. Het urkers heeft nog eului, eulie, wat wel correct is. Eulie is als zelfst.nw. overigens olie. Dit levert geen verwarring op want het zelfst.nw. heeft zijn eigen plaats in de zin. Eulie eiwen goekope eulie, is dan ook plat maar wel goed urkers. Naast eului, eulie heeft het urkers nog zullie wat als geafecteerd taalgebruik wordt gezien en alleen gebezigd wordt tegen vreemden. Hun, hunnie en hullie zijn overigens afgeleid van hunlieden of henlieden zoals we dat uit de statenvertaling kennen. Een invloed uit het zuid-nederlands die daar ook allang verouderd is. Maar iets daarvan is toch blijven hangen. Misschien heeft hun, hunnie, hullie en zullie wel weer de toekomst. Zullie lijkt in het nederlands wel steeds minder te worden gebruikt maar de andere vormen zijn in opkomst. Eigenlijk speelt het urkers hierin een voortrekkersrol, eurlui en eulie wordt al sinds jaar en dag gebruikt door de urkers.
  8. Zoen of kus in het Urkers poes herinnert aan de vredeskus die gelovigen elkaar gaven tijdens de H.Mis. De z.g. Poesa teruggaand op het Latijnse Pace (vrede)
  9. de klanken ui en ei (ey), komen oorspronkelijk in het urkers niet voor. urkers zeggen ai voor ei, eieren klinkt dan ook als aieren. Er zijn inmiddels heel wat woorden eindigend op -ein uit andere talen komen overwaaien naar het urkers en deze hebben veelal hun eyn klank bewaard. Omdat we hier tot een standaard spelling willen komen spellen we -ijn Vergelijk voor de aardigheid ook de engelse spelling in: dolfijn (dolfijn / dolphin), fijn (fijn / fine), grijn (grein / grain), brijn (brein / brain), train (trein / train), drainage, drijnen (dreinen / drone), raen (rein), Rijn (Rijn, Rhine), mijn (delfplaats / mine), mein (mijn, mine), mijn (bom / mine), gijn (gein / fun), gijntjen (geintje / joke), lijn (lijn / line) lein (draad / rope) . plijn (plein / plain), kapitijn (kapitein / captain), Aardig dat op urk de familienamen Kaptijn en Kaptein naast elkaar voorkomen. 7 woorden ruilen ei=ai in voor ij. Zo blijft een aantal leenwoorden op -ijn over die de Heyn-uitspraak hebben, hier welgeteld 11. Heyn is daarmee van een leenklank een echte urker klank geworden.Alleen voor trein nemen we de engelse spelling train.
    Verder worden niet leenwoorden op -ein in het urkers uitgesproken met ee: bein (bind), lein (waslijn, vislijn), deins (deens), fein (fijn van stuctuur), eine (heen), skein (schijn), peinde (pijn), tarepetein (terpentine), azein (edik), teint (kleur), vein (vind), vein (veen), wein (wijn), mein en zein. om compleet te zijn. Over de ui klank, deze heeft de eu verdrongen in bevoorbeeld uil (eul) en kruik (kreuk) . Het duidelijkst in duiken wat in het urkers vaak afgeplat wordt tot dukken, dukker. Alleen in indeuken / eutdeuken is de oorspronkelijke klank bewaard net als in het nederlands overigens.
  10. ee als in eesijs, we spellen ee / e (verkort in open klinker) als de klank voor t, g, k, l, r, s, w, z staat: eten, eet, wegen, steeg, week, breken, meel, skele, eerste, beren, ees, wezen, leew en leewen (voor w onverkort) . we spellen ei als de klank voor d, f, n, v staat: eiden, leif, weiven, skeive, peinde. we spellen ij voor m en p: rijmen, slijpen, mijmeren, pijp. We spellen ai in engelse woorden: rail, bail-out, mail.
  11. veel woorden zijn leenwoorden uit het Engels of Frans.
    voorbeeld Frans: boudoir is in het urkers Boedoertjen
    voorbeeld Engels: often is in het urkers oftig
    Reactie : De overeenkomsten met het Engels zijn juist andersom ontstaan, doordat mensen tijdens de grote volksverhuizing uit noord/oost Nederland en Noord Duitsland zich gingen vestigen in Engeland. Men noemt dit nu de Angelen en Saksen (of angelsaksen) maar zijn zowel van Engelsen,noord-nederlanders en noordduitsers de gemeenschappelijke voorouders.
    Nota bene : Zweeds :ofta , Noors : ofte , duits : oft , ijslands :oft , luxemburgs : oft