Bredaas

Bredaas bevat 125 gezegden, 361 woorden en 5 opmerkingen. Alle woorden zijn toegevoegd door onze bezoekers.

PDFLog in

125 gezegden

'k ken um nie bekwèkt krijgehij hoort me niet roepen
'Ou dieje lèrp us binneSteek je tong niet uit
'oudoewe kwèk uszou u zo vriendelijk willen zijn om uw mond te houden?
'ummeshij daar
Aan oe bakkes leg et nieals iemand betweterig gedrag vertoont
achèrmoch arme
aggut nou nie doe, doegut nooit nie mirals u het nu niet doet, krijgt u nooit meer een kans
aongezien de lucht blaauw is en de schoolmister dronkehelaas
Ben de nouw 'n aartje betoeterdBen je nou helemaal gek geworden
Bende benuktBen je gek
Bende gij gek?Ben je gek?
Bettie ak um aai?Bijt hij als ik hem aai?
BuizenbergGalderse meren
da denk niedat ben ik echt niet van plan
da doede maar in oew eigen 'uis'ouwedoet u dat maar bij uw eigen huis
Da gao vaneigesDat gaat vanzelf
Da hedde gij goe begaojdDat heb je goed verprutst
Da hèk nie gèreIk wil liever niet dat ik dergelijke gebeurtenissen meemaak in mijn leven
da kaank nie, ordat kan ik niet, hoor!
da kendit behoort tot de mogelijkheden
Da ken 'immel nieDat behoort niet tot de mogelijkheden
Da momme niej emmeDat moeten we niet hebben
da nuk nie wefkedat is helemaal niet erg, mevrouw
da vuil'm da ge der rondloptwat bent u een raar persoon
da wiknie, da wittik niedat weet ik niet
da wit gin menser is hier niemand die dat weet
da witte tonniedat weet je toch niet
da zek niehieromtrent kunnen wij geen enkele zekerheid geven
Da's sunddat is zonde
da's zunddit wordt door mij als zeer spijtig ervaren
Daddister mun êêne vor vijf centeDat is me een mooie
Dagge bedaankt zijt dat witte eej kulHartelijk bedankt.
dagget mar bekiktbekijk het maar
daggum nie aanneemtpak nou eens aan!
Daggut bekèkt!Bekijk het maar!
dah maok gin verschildat maakt niet uit
Dan motte bidde tot Piet, daddut naor oew gat schiet, dan kend'ut uitpoepe.Bekijk het maar
daor wee'k neks vandeze informatie is geheel nieuw voor mij
Daor zit veur 'n onderd jaor baojes.Er zitten hier veel delinquenten.
de muize liggen dôôd vor de kastdit persoon is arm
Dieje vent kèkt aorigDie man kijkt me vreemd / eng aan
Diejen esjoevie raai vuste schaojlekDie SUV rijdt niet zuinig
Doede da thuis okDoet u dat thuis ook
Doede gij dadd'is laoteHou daar eens mee op
dun dieje neffe oew hej da nie gezeetdiegene naast u heeft dat niet vertelt
Edde 'et of kredde 'et?Heb je het of krijg je het?
Edde gai da gezeet g'adHeb jij dat gezegd
Gaode, gaauwZorg dat je wegkomt
GaogetLukt het
gaoget?lukt het?
Ge komt er bekaojt vanafJe komt tekort
gé stinkt uit oewe bakkesje stinkt uit je mond
Ge wittet oit nooit nie!Je weet het nooit!
Ge wittut dikkels tonnieJe weet het niet
gegget of gegget nieje hebt het of je hebt het niet
get um zo zeker as un schêêt in un nètjeje kunt van hem niet op aan
Gij bend'ok unne fraojeNou wordt-ie mooi
gij maok het licht nog niej'uit man gèkjij maakt het licht niet uit
ginne gekheid heejdoe toch een keer normaal
ginnen bek eej?geen grote mond geven, hè?
hedde gij een brooike kès gevretenheb jij een broodje kaas gegeten
Hedde gij nieuwe batsers aon?Heb je nieuwe schoenen aan?
Hedde stront in oe oren?Luister nu eens!
Hedde tatjes?Had je wat?
hendig zathierbij verwacht ik geen moeilijkheden te ondervinden
hij bet em in ze klauwehij bijt hem in z'n hand
hij ging van zun eigenhij viel flauw
hij kreej nun klap op zenne bakkeszijn gebalde vuist raakte hem vol in zijn gelaat
Hoe'ist, mooien èrrepul?Lukt het, stomkop?
Ik docht da'k brookIk dacht dat ik het bestierf
ik gaoi effe munnen duitsen 'ellem unnen 'aand geejveik ga even urineren
ik heej ier un paor vurbilden meejgebrogtik heb hier een paar voorbeelden meegebracht
Ik krêêg dur ut spaauw van in mun bakkesHet water liep me in de mond
ik ok niejik ook niet
ik schiet oe afik doe je wat
Ik zou da wel wulle, maor aongezien da de lucht blaauw is en de schôôlmister dronkeIk zou het wel willen, maar heb nu geen mogelijkheid
impussaanten passant, langs z'n neus weg
issie neffe oe of ging tie wijeris hij bij je, of is hij verder
K'eb ut oe gezeet gadIk heb het je gezegd
KasjewijlenDood
Kende gij den dieeWeet jij wie dat is?
kendumken je hem?
KiedaarKijk daar
Leg nie te mellekeNiet zeuren
madde gai da wel?liggen deze werkzaamheden wel in het kader van uw bevoegdheden?
meej gâânkin volle vaart
Meude gij da van oew maMag jij dat van je moeder
mottèmoremoet je hem horen
moven hierowegwezen hier
nouw motte wij ut besnietewe krijgen ze uitgemeten
ochèrmwat erg
Oe kenda nouwHoe kan dat nu
Oe motta?Hoe moet ik deze actie precies uitvoeren?
oeleke soep is dè?wat voor soep is dat?
op de klep vallenkomen eten
praote gij mar gewôôn, das plat zatPraat maar gewoon Nederlands
recht en deuralsmaar rechtdoor
RuuktumRuik je het
sget tege du muur omhoog man geukZou u mogelijk tegen de muur omhoog uw behoefte willen doen
T'is aajeren of jongHet is kiezen of delen
tis wa!Het leven van een doorsnee Nederlander gaat momenteel niet over rozen!
Un goei bêêst leg in de pan!!!Ik heb een hekel aan overstekend wild
Val din m'n kasjeKrijg nou wat
Val dôôd, lêêfde gij ok nogHet is verrassend jou te zien
VollekEven laten weten dat wij er zijn
Vraok oe iets?vraag ik je iets?
Wa bende gei nun megeul zegWat bent u een vreemd persoon zeg
wa doede nouwat doe je nu
wa zedde gij nouw?wat is datgeen dat u mij net verteld heeft?
wa zedde nou?hetgeen u mij nu vertelt is geheel nieuw voor mij
Wa zeede gij?Wat zeg je?
wa?zou u dat eens kunnen herhalen?
was da nou wir?wat is er aan de hand?
werbiejdes waschiet eens op
witte gai ut?weet jij het?
Wittet wir beter?Weet jij het weer beter?
Woar zedde gewist?Waar ben je geweest?
Wulde ommes un bietje sop?Wil je misschien een beetje jus?
Zak oe eens unne klap vor oewe stui geve?Zal ik je eens een klap voor je hoofd geven?
zakoe is onder oe flikker schuppezal ik je eens onder je achterwerk schoppen
Ze had unnen inkijk tot durre soons (tot de plaats van het kruisteken) in naam des vaders, des zoonsDe vrouw had een decolleté met een lage uitsnijding en flink zicht op de boezem.
ZiedutZie je het
zo da?hoe ligt dat in de lijn der verwachtingen?
zo moei as unne geslepten onddie is erg moe
Zun 'eele 'ebben en 'ouwenAl zijn spullen

361 woorden

pèrd paard
'aandhand
'ne tweezakiemand die met twee monden spreekt
'oeneerwanneer
'ontHond
't 'uuskeWC
't slotklooster Molengrachtse straat

A

aajei
aerbiezemeaardbeien
affeserenopschieten
afleggesklaorerg moe
aigenaoreigenaar
ajuinui
akkederenmet elkaar overweg kunnen
akkenaaieruziemaken
angtietezonder BH
antichristBredanaar die geen friet lust
antikristiemand die geen friet lust
aonaan
AppelesienSinaasappel
astraantbrutaal
azzun 'ekkewoedend

B

baibij
bakske leutkopje koffie
bangeskeBankje
baoliesspoorbomen
baomeshondenweer
baomesweervies weer
batraofkwajongen
BaviottenKrulspelden
begaaiakkerslingerweg
begaojenverprutsen
bekaansbijna
bekaantbijna
bendeben
betbijt
BettiBijt hij
bi-meeweskecarnavalsdeelnemers in paardvorm
BiejotWelja
billutikkerslipjas
bleinblaar
blinddaasdaas
boetsen, batsersschoenen, groot en afgetrapt
BoksBroek
botramboterham
botteramboterham
brakkind
Brakkekinderen
brakkenkinderen
brakkensliertkinderoptocht
braoikekliekje
brojke kèsbroodje kaas
brokkeluhBraken
brooikebroodje
broojkubroodje
bruurbroer
buiklappenspeklappen
builtas
buil (geen specifiek Bredaas woord)bult op hoofd
BukkumMager iemand

D

D'n blââuweIemand met rood haar.
d'n heuvelHeuvelkwartier
d'n plotsAchtertuin
dadat
Da's errigDat is erg
dáánsedansen
daordaar
diegietaoldigitaal
dikkelsdikwijls
DrekStraks, zodadelijk
drekzometeen
drekt, sebietdadelijk
drollevangerplusfour
dunde
duuzendduizend

E

ebheb
eejhallo
een kâântelraomeen dakraam
een piesbakopenbare waterplaats voor mannen
êêneiemand

E

effekeseventjes
èrrebaaiaardbei
èrrebaaieaardbeien

E

errebeesjesaardbeien
èrrepelaardappel

E

errugerg
eulemaol, immaolhelemaal
eventjeseffekes

F

flöwaanfluwijn, kussenovertrek
foepdikkerd
foepspringebokspringen (buitenspel)
frakjas
frommesvrouwmens

G

gaijij
gebreejegebreid
gedoangedaan
gèèfknap
gèfmooi
gef pepierkemooi behang
geleejegeleden
georvengeërfd
gèregraag
gerolengeruild
geslogengeslagen
gewiestgeweest
gewistgeweest
gewoontjekleiknikkertje
gijjij
gimmelestiekgymnastiek
gladdekkeropportunist
gladdigglad
glazende knikkersglazen knikkers
goeie botterroomboter
gulliejullie

H

hakkelen (niet specifiek Bredaas)stotteren
HarsesHoofd
hedde gijheb je
hedde tatjesnonchalant
hetheeft
hondekullekeklein worstje
hooischuurgrote mond
HoudoeDoei
houdoetot ziens

I

In de plasse dabbereIn regenplassen spelen
ingeperdopgeborgen

J

jaorjaar
jotja
jottumja
juinui
juukseljeuk

K

kaaibandplakband
kââj'ardkeihard
kââwkauw
kakkedèrriepoep (van een hond, op straat)
kakkenestjejongste kind
KakschoolKleuterschool
kakschooltjekleuterschool
KakstoelKinderstoel
Kaole jiekerdKale man
katuiluil
kèèskaas
Kende gij den diejeWeet jij wie dat is?
KerbonaaieKarbonades
kerremenaoikekarbonaadje
kèrskekaarsje
KielegatBreda (tijdens carnaval)
kielekaaikiezelsteen
Kik daorKijk daar
kleppolitie
kleppolitieagent (scheldwoord)
kliefkloof (in je hand)
kliekskesvoedsel van de vorige dag
kliezekoeklaurierdrop
kloiskluis
klokkebaaie (Ginneke) bosbessen
klokkebaaienbosbessen
knââwekauwen (ww)
KnijneskooiKooi voor konijnen
knoer'ardkeihard
koejkoe
koejenaasiepestkop
kooibooicowboy
koorsbleinkoortslip
kopse kaantvoorkant
Kortem boksKorte broek
kotjehokje
kruidorenskruisbessen
Kruikenstad / KruikenzeikersstadTilburg
KruikenzeikerTilburger
kuddètjebroodje
kuisenschoonmaken, vegen
kul, kullekeLieverd
kuusvarken
kwâânsuisschijnbaar
kwakkebolstommeling, lomperik
kwakkebollekekikkervisje
kwattastrooiselhagelslag
kwèèkerdschreeuwlelijk
kwielenspeekselen

L

lâândland
lâândpikkerskelandje veroveren (spel)
lâângstââchtereachterom
lâântèrepaollantaarnpaal
lamstraal, lamzakluilak
lèkstokzuurstok
LellepôôteSpartelen
lèrpkeplakje
leutugleuk
Lig nie te neukeNiet vervelen
lilluklelijk
lolbakleverworst
loziehorloge

M

Maajusmais
maojenmaden
martmarkt
mastappel, propdennenappel
meejmet
megnetronmagnetron
menaisemayonaise
mèrelmerel
mertmarkt
mèskemeisje
mierzèèkermier
moeilukmoeilijk
moesjâânkejanken
mokkelenknoeien met water
mokkepaaieknoeien, vooral tijdens het eten
motmoet
motjomaatje, vriendje
mottemoeten

N

N.A.C.voetbalclub
n'huishouweGezin
n'n drachtigen heipaaleen persoon met seksuele gedachtes
naokendnaakt
naornaar
neffe mekoarenaast elkaar
neffennaast
nekkerremenaaiSchouderkarbonade
neujenee
nieniet
noggusnog eens
nuuwnieuw

O

oelewapperstommeling
oeveulhoeveel
oewje, jouw
oew eige'jezelf
oew klokkespelscrotum
oew'aandje hand
omstembeurtom de beurt
omwasafwas
onderlestpas geleden
ons moe of ons moekeonze moeder
ons pa / spamijn vader
ons vaoder, of ons ouweonze vader
ons'ansons Ans
onsma / smamijn moeder
Onze jongensvoetballers van NAC Breda
onzen'ansonze Hans
op un aander slaopelogeren
outerehouten
ouwe meutzeurpiet

P

paniekhendelpaniekerig persoon
pappesiesterrotje (vuurwerk)
pappesiesterVuurwerk
pappesjiesterrotje
peejperkoekontbijtkoek
peejstamphutspot
pèèrdelulvervelend persoon
pèèrspaars
pepierkepapierje
perrewepswesp
perschientmisschien
pietelèrslipjas
pilskebier
pistoleekebroodje, hard puntig
pitjeskèèskomijnekaas
pitsenkieskeurig eten, eigenlijk niet lusten
plangeskePlankje
plastiekeplastic
plebaanpastoor v.d. Kathedraal (deken)
pleejwc
pliesiepolitie
plotjesboekstripboek
poelepetaotparelhoen
potlooierkepotloodje
pruveproeven
pusseejper se
PustebloemDuizendblad (wilde bloem)
puustpuist

R

rechtendeurrechtdoor
rechtendurrechtdoor
reifhark
reigelen van de kouwrillen van de kou
rengerenregenen
rooie beesjesrode bessen, aalbessen
rôôkeroken
rukeruiken

S

saovus's avonds
schaopeschêêtZwitserse strooikaas
schêêleiemand die loenst
schèèrschaar
schelles krijgeeen uitbrander krijgen
schètPrettige feestdagen
schètsenrijerschaatser
schijthuisW.C.
scholoogeogen, uitpuilend
schouwschoorsteen
schuif / laailade
schumketrekkelaurierdropwater drinken uit flesje
siepruitvormig plat dropje
simmenhuilen (met tranen)
SintreklaosSinterklaas
sjapsjieter, sjapsiegemalen Zwitserse kaas
sjeesfiets
sjèmjam
slaojsla
SlaojbêêneLange dunne benen
snaovelezoenen
Snotaopkwajongen
snotpinneusvocht, afdalend op bovenlip
soonsdecolleté
spauweOvergeven
speklasiemannekespeculaasje
spinnekopspin
stekebiebij (insect)
stekebieinsect met angel
stiekskeelastiekje
stuihoofd
SubietZo snel mogelijk
suukerpeejsuikerbiet
swarmashoarma

T

tante nonnekeZuster in de familie
tegetegen
tillevizietelevisie
titsestuiteren
toeslagbroodbeleg
toespijsbroodbeleg
toespijsvleesbeleg op de boterham
tweezakiemand die met alle winden meewaait

U

un buil shageen pakje shag
un decolleteej tot durre soonseen diep en laag decolleté
un pèpkeeen pijp
un stukske kwattaChocolade
unne brakjong kind
unne joekeleen grote hond
unne juineen ui
uthet

V

vaakslaap
vailigveilig
vaneigesvanzelf
vanspresexpres
vaortheimwee
verastererenverzekeren
verinnewerekapot maken, vernielen
vèrreke, kuusvarken
vettigeviezerik
veulveel
veurbaigaangervoorbijganger
visgèèrtvishengel
vlieringzolder
vraogevragen
vurkvork
vurrekvork
vusteveulveel te veel

W

Wa zitte te titseWat ben je onrustig
weggeskeweg
wènug kâânsonwaarschijnlijk
wèrfterf
wèrrumwarm
wierwerd
wirweer
Witte gij'tWeet jij het
WoutPolitieagent

Z

zatkullekechronisch dronken oud mannetje
zatlapdronkenman
zejenzeggen
zeverenkwijlen
zezazalea
zogmoeizware, logge, oudere vrouw
zulliehun
zunnezijn

5 opmerkingen

  1. Een Bredanaar die geen friet lust wordt een Antichrist genoemd, naar de bekende frituur `Christ` aan de Keizerstraat.
  2. In het plat Bredaas wordt een `H` aan het begin van een woord niet uitgesproken.

    Jouw hond heeft het huis helemaal ondergescheten
    [oewen ont eej ut uis ullemoal ondergescheten]
  3. Ooit in de 18e of 19e eeuw verzonnen door dansers en minstrelen uit de omgeving van Bosschenhoofd om hun afkeer van vegetariers en overstekend wild te verwoorden. Deze mensen schijnen ook de pindakaas te hebben uitgevonden.
  4. Soons komt van "des zoons", naar de plaats op de borst die tijdens het slaan van een kruisteken wordt aangeraakt.
  5. bende benukt: ben je helemaal!
    da nukt me niks: dat interesseert me niks
    toespijs: vleeswaar voor op de boterham