Vertaal
Naar andere talen: • zachtmaken > DEzachtmaken > ENzachtmaken > ES
Vertalingen zachtmaken NL>FR
zachtmaken (ww.) adoucir (ww.) ; amollir (ww.) ; attendrir (ww.) ; faire tremper (ww.) ; laisser tremper (ww.) ; radoucir (ww.) ; rendre mou (ww.) ; rendre tendre (ww.) ; s'attendrir (ww.) ; se ramollir (ww.) ; tremper (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `zachtmaken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: in de week zetten
NL: ontharden
NL: verweken
NL: week maken
NL: weken