Vertaal
Vertalingen voorbijganger NL>FR
[vor'bɛixɑŋər]
[mv: voorbijgangers]

1 ( passant) voetganger die iets/iemand voorbijgaat (1) - passant/-ante (le ~(m) en la ~(v))

  `Verboden voor voetgangers.`
  Interdit aux piétons.


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de voorbijganger (m) hôte de passage (m) ; passant (m)
voorbijganger passante (v)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `voorbijganger`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: passant