Vertalingen vertroosten NL>FR
vertroosten (ww.) | aider (ww.) ; apaiser (ww.) ; appuyer (ww.) ; collaborer (ww.) ; consoler (ww.) ; réconforter (ww.) ; remonter le moral (ww.) ; soulager (ww.) ; soutenir (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `vertroosten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bemoedigenNL: ondersteunenNL: opbeurenNL: troosten