Vertaal
Naar andere talen: • verbrassen > DEverbrassen > ENverbrassen > ES
Vertalingen verbrassen NL>FR
verbrassen (ww.) claquer son argent (ww.) ; dépenser follement (ww.) ; dilapider (ww.) ; gâcher (ww.) ; gaspiller (ww.) ; jeter (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `verbrassen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: erdoor jagen
NL: verboemelen
NL: verkopen
NL: verkwanselen
NL: verkwisten
NL: verspillen