Vertalingen uitwisselen NL>FR
uitwisselen
werkw.
Uitspraak: | [ˈœytwɪsələ(n)] |
Verbuigingen: | wisselde uit (verl.tijd ) heeft uitgewisseld (volt.deelw.) |
het ene ruilen voor het andere -
échanger recepten met elkaar uitwisselen - échanger des recettes de cuisine |
ervaringen uitwisselen (=aan elkaar vertellen wat je hebt meegemaakt) - échanger/partager des expériences
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
uitwisselen (ww.) | changer (ww.) ; changer de place (ww.) ; échanger (ww.) ; faire un échange (ww.) ; permuter (ww.) ; troquer (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `uitwisselen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ruilenNL: verruilen