Vertalingen samenlopen NL>FR
| samenlopen (ww.) | concorder (ww.) ; concourir (ww.) ; interférer (ww.) ; s'interposer (ww.) ; synchroniser (ww.) |
| het samenlopen | coïncidence (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `samenlopen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: samenvallen