Vertaal
Naar andere talen: • opsnorren > DEopsnorren > ENopsnorren > ES
Vertalingen opsnorren NL>FR
opsnorren (ww.) dégoter (ww.) ; dénicher (ww.) ; déterrer (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `opsnorren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: opduikelen
NL: opscharrelen