Vertalingen muts NL>FR
muts
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [mʏts] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
1) kledingstuk dat je op je hoofd draagt -
bonnet (le ~) een warme, wollen muts - un bonnet en laine bien chaud |
2) domme vrouw -
oie (la ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de muts | le bonnet ; capuchon (m) ; casquette (v) ; chapeau (m) ; couvre-chef (m) ; crayon d'ardoise (m) ; feutre (m) |
Bronnen: Europakinderhulp; interglot
Voorbeeldzinnen met `muts`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: baretNL: hoofddekselNL: huifNL: ijsmutsNL: kapNL: vaginaUitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn
muts staat verkeerd
FR: il a le bonnet de traversNL: er met de
muts naar gooien
FR: y aller au petit bonheur