Vertalingen kwijlen NL>FR
kwijlen
werkw.
Uitspraak: | [ˈkwɛilə(n)] |
Verbuigingen: | kwijlde (verl.tijd ) heeft gekwijld (volt.deelw.) |
speeksel uit je mond laten lopen -
baver © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
kwijlen (ww.) | bavarder (ww.) ; baver (ww.) ; bredouiller (ww.) ; caqueter (ww.) ; jacasser (ww.) ; papoter (ww.) ; parler dans le vide (ww.) ; rabâcher (ww.) ; radoter (ww.) |
het kwijlen | action de baver (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `kwijlen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: zeveren