Vertaal
Naar andere talen: • kien > DEkien > ENkien > ES
Vertalingen kien NL>FR
kien adroit ; agile ; astucieusement ; astucieux ; brillant ; habile ; intelligent ; judicieux ; maligne ; perspicace ; prompt ; roublard ; ruse ; sagacieux ; vif
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `kien`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: attent
NL: bij de pinken
NL: bijdehand
NL: clever
NL: goochem
NL: pienter
NL: schrander
NL: slim
NL: snugger
NL: spits