Vertaal
Naar andere talen: • karren > DEkarren > ENkarren > ES
Vertalingen karren NL>FR
karren (ww.) brouetter (ww.) ; conduire (ww.) ; diriger (ww.) ; piloter (ww.) ; transporter dans une brouettte (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `karren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: fietsen
NL: kruien
NL: rijden