Vertalingen juwelen NL>FR
juwelen (mv.) | la bijouterie |
de juwelen | bijoux (m) ; joailleries (v) ; joyaux (m) ; pierres précieuses taillées (v) |
Bronnen: ICT-Woordenboek; interglot
Voorbeeldzinnen met `juwelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bijouterieënNL: geslepen edelgesteentenNL: juwelierswerkNL: sieraden