Vertalingen bom NL>FR
bom
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [bɔm] |
Verbuigingen: | -men (meerv.) |
wapen dat kan ontploffen -
bombe (la ~) atoombom - bombe atomique |
de bom barst (=de woede komt plotseling naar buiten) - la colère explose/éclate/déborde
|
inslaan als een bom (=veel indruk maken; een groot effect hebben) - faire l'effet d'une bombe
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de bom | bombe (v) ; explosif (znw.) ; grenade (v) ; obus (m) ; projectile (m) |
bom | bombe ; bonde ; bondon ; chef sondeur ; perceur |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `bom`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: explosiefNL: granaatNL: projectielNL: raket