Vertalingen bevoelen NL>FR
bevoelen (ww.) | explorer (ww.) ; fouiller (ww.) ; palper (ww.) ; reconnaître (ww.) ; sonder (ww.) ; tâter (ww.) ; tâtonner (ww.) ; toucher (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `bevoelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aftastenNL: betastenNL: voelen