Vertalingen beogen NL>FR
beogen
werkw.
Uitspraak: | [bəˈoxə(n)] |
Verbuigingen: | beoogde (verl.tijd ) heeft beoogd (volt.deelw.) |
als doel hebben, proberen te bereiken -
viser De nieuwe verkeersregel beoogt een afname van het aantal ongelukken. - Cette nouvelle règle de la circulation vise à faire baisser le nombre des accidents. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
beogen (ww.) | ambitionner (ww.) ; aspirer (ww.) ; poursuivre (ww.) ; se proposer (ww.) ; viser (ww.) |
het beogen | aspiration (v) ; but (m) ; intention (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `beogen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aansturen opNL: ambitieNL: aspiratieNL: azenNL: bedoelenNL: doelNL: intentieNL: ogenNL: pogenNL: streven