Vertalingen apparaat NL>FR
het apparaat | appareil (m) ; engin (m) ; gadget (m) ; instrument (m) ; machine (v) ; objet (m) ; outil (m) ; le périphérique ; truc (m) |
apparaat | appareil ; le équipement ; la unité |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `apparaat`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: korpsNL: machineNL: toestelNL: uitrusting