Vertalingen afbetten NL>FR
afbetten (ww.) | humecter (ww.) ; humidifier (ww.) ; jeter l'ancre (ww.) ; mouiller (ww.) ; tamponner (ww.) |
het afbetten | tamponnage (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `afbetten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bettenNL: bevochtigenNL: deppen