Vertaal
Naar andere talen: • PLUS > DEPLUS > ENPLUS > ES
Vertalingen PLUS NL>FR

I plus

de, o
Uitspraak:  [plʏs]

het teken + - plus (le ~)
Op de lijst staat een plusje voor de dingen die je moet meebrengen. - Les objets qu'il faut apporter sont marqués d'un plus sur la liste.


II plus

bijwoord
Uitspraak:  [plʏs]

1) <na een getal>
meer dan de waarde van dat getal
- plus
een 6 plus krijgen voor een proefwerk - avoir un 6 plus (sur dix) pour une composition/épreuve
uitdrukking 20+ kaas

2) <voor een getal>
met de waarde van dat getal boven nul
- plus
gemiddelde temperatuur: plus 5 graden - température moyenne: + 5 degrés


III plus

voegwoord
Uitspraak:  [plʏs]

<tussen getallen>
tel bij elkaar op
- plus
Zeven plus vier is elf. - Sept plus quatre égale/font onze.
[plʏs]
[mv: plussen]

1 het teken + - plus (le ~(m))

  `Op de lijst staat een plusje voor de dingen die je moet meebrengen.`
  Les objets qu'il faut apporter sont marqués d'un plus sur la liste.

[plʏs]

1 <na een getal> meer dan de waarde van dat getal - plus

  `een 6 plus krijgen voor een proefwerk`
  avoir un 6 plus (sur dix) pour une composition/épreuve

  20 + kaas
   (= kaas met een vetgehalte boven de 20 procent) - fromage à teneur de M.G. de plus de 20%



2 <voor een getal> met de waarde van dat getal boven nul - plus

  `gemiddelde temperatuur: + 5 graden`
  température moyenne: + 5 degrés


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
plus d'ailleurs ; d'autre part ; d'outre part ; de plus ; en outre ; en plus ; et
PLUS (Afkorting) plus
plus plus
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `PLUS`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: daarbovenop
NL: en
NL: overschot
NL: pluspunt
NL: plusteken

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: zes plus FR: six fort