Vertalingen kwaken NL>FR
kwaken
werkw.
Uitspraak: | [ˈkwakə(n)] |
Verbuigingen: | kwaakte (verl.tijd ) heeft gekwaakt (volt.deelw.) |
1) het geluid van een eend of kikker maken -
cancaner , coasser 2) luidruchtig onzinnige dingen zeggen -
jacasser zitten kwaken zonder kennis van zaken - parler bruyamment de choses auxquelles on ne connaît rien |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
kwaken (ww.) | cancaner (ww.) ; coasser (ww.) ; jacasser (ww.) ; jaser (ww.) ; nasiller (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `kwaken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: kakelenNL: kwekkenNL: kwetterenNL: snateren