Vertalingen etiket NL>FR
het etiket
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [etiˈkɛt] |
Verbuigingen: | -ten (meerv.) |
papiertje dat je ergens op kunt plakken en waar je iets op kunt schrijven, bijvoorbeeld een adres of een titel -
étiquette (la ~) zelfklevende etiketten - étiquettes autoadhésives het etiket van een wijnfles - l'étiquette d'une bouteille de vin |
iemand een etiket opplakken (=iemand op een bepaalde manier zien en tot een bepaalde categorie rekenen) - étiqueter quelqu'un / mettre une étiquette à quelqu'un
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het etiket | autocollant (m) ; étiquette (v) ; signe (m) ; signe d'identification (m) ; signe distinctif (m) |
etiket | étiquette ; fichier source ; plaquette indicatrice ; plaquette sur panneau |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `etiket`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: iemand kenmerkenNL: kenmerkNL: kentekenNL: labelNL: plakkerNL: plakkertjeNL: sticker