Vertaal
Naar andere talen: • bouw > DEbouw > ENbouw > ES
Vertalingen bouw NL>FR

de bouw

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [bɑu]

1) keer dat iets wordt gebouwd - construction (la ~)
de bouw van een huis - la construction d'une maison

2) bedrijfstak van het bouwen - construction (la ~)
in de bouw werken - travailler dans la construction / le bâtiment

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de bouw (m) chantier (m) ; construction (v)
bouw activité de la construction ; cadre de soutènement ; confection ; construction ; la création ; industrie du bâtiment ; ingénierie ; secteur de la construction
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; ICT-Woordenboek; Omegawiki.org


Voorbeeldzinnen met `bouw`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bebouwing
NL: bouwbedrijf
NL: bouwplaats
NL: bouwsector
NL: bouwtrant
NL: constructie
NL: kweek
NL: opbouw
NL: opbouwen
NL: samengesteld geheel

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: de bouw van het menselijk lichaam FR: la structure du corps humain
NL: schoon van bouw FR: bien bâti
NL: slank van bouw FR: élancé