Vertaal
Vertalingen rondscharrelen NL>ES
rondscharrelen (ww.) curiosear (ww.) ; fisgar (ww.) ; husmear (ww.) ; mirar a su alrededor (ww.) ; recorrer con la mirada (ww.) ; vagabundear (ww.) ; vagabundear sin rumbo (ww.) ; vagar (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `rondscharrelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: rondkijken
NL: rondneuzen
NL: rondsnuffelen
NL: struinen