Vertalingen oppeuzelen NL>ES
oppeuzelen (ww.) | aprovechar (ww.) ; cenar (ww.) ; comer (ww.) ; comer con glotonerĂa (ww.) ; comerse (ww.) ; consumir (ww.) ; destrozar (ww.) ; devorar (ww.) ; embuchar (ww.) ; llenarse de comida (ww.) ; mordisquear (ww.) ; tomar combustible (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `oppeuzelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: consumerenNL: etenNL: gebruikenNL: nuttigenNL: opetenNL: opvretenNL: tot zich nemenNL: verorberenNL: verslindenNL: verzwelgen