Vertalingen jassen NL>ES
jassen (ww.) | mondar (ww.) ; pelar (ww.) ; quitar la piel a (ww.) ; sacar la piel (ww.) |
het jassen | el abrigos (m) ; la trencas (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `jassen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aardappels schillenNL: pellenNL: piepenNL: schillen