Vertalingen huisbaas NL>ES
de huisbaas
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [ˈhœyzbas] |
| Verbuigingen: | huisbaasbazen (meerv.) |
eigenaar van het huis dat je huurt of waarin je een kamer huurt -
propietario/-ria (el ~/la ~), dueño/-ña (el ~/la ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de huisbaas (m) | el arrendador (m) ; el arrendatario (m) ; el casero (m) ; el conserje (m) ; el dueño de la casa (m) ; el dueño de la posada (m) ; el dueño de una casa (m) ; el hacendado (m) ; el posadero (m) ; el propietario (m) ; el propietario de la casa (m) ; el propietario de tierras (m) ; el propietario de una casa (m) ; el terrateniente (m) |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `huisbaas`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: hospesNL: huisheerNL: huurbaasNL: kamerverhuurNL: kamerverhuurder
