Vertalingen doortrekken NL>ES
doortrekken
werkw.
Uitspraak: | [ˈdortrɛkə(n)] |
Verbuigingen: | trok door (verl.tijd ) heeft doorgetrokken (volt.deelw.) |
1) verder trekken;
verder doen gaan -
seguir tirando een lijn doortrekken - seguir una línea een weg doortrekken - prolongar un camino |
2) (door een gebied) reizen -
recorrer De Verenigde Staten doortrekken. - Recorrer los Estados Unidos. |
3) zorgen dat water de wc schoonspoelt -
tirar (de la cadena) de wc doortrekken - tirar de la cadena |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
doortrekken (ww.) | tirar de la cadena (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `doortrekken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afreizenNL: doorspoelenNL: spoelenNL: uitbreidenNL: verzadigenNL: wegspoelen