Vertaal
Naar andere talen: • communiceren > DEcommuniceren > ENcommuniceren > FR
Vertalingen communiceren NL>ES

communiceren

werkw.
Uitspraak:  [kɔmyniˈserə(n)]
Verbuigingen:  communiceerde (verl.tijd ) heeft gecommuniceerd (volt.deelw.)

contact hebben (met iemand) - comunicar
Communiceren met iemand die een andere taal spreekt is soms moeilijk. - Comunicarse con alguien que hable en otro idioma es a veces difícil.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
communiceren (ww.) charlar (ww.) ; comunicar (ww.) ; hablar (ww.) ; transmitir (ww.)
communiceren intercomunicar
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `communiceren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: een conversatie hebben
NL: in contact staan
NL: overbrengen
NL: praten
NL: spreken