Vertalingen boosdoener NL>ES
de boosdoener
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [ˈbosdunər] |
Verbuigingen: | boosdoeners (meerv.) |
de boosdoenster
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [ˈbosdunstər] |
Verbuigingen: | boosdoeners (meerv.) |
wat of wie de oorzaak van iets slechts is -
malhechor/-ra (el ~/la ~), culpable (el ~/la ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de boosdoener (m) | el bandido (m) ; el bandolero (m) ; el bribón (m) ; canalla (znw.) ; el gamberro (m) ; el granuja (m) ; malvado (znw.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `boosdoener`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bandietNL: boefNL: booswichtNL: daderNL: onverlaatNL: slechtaardNL: snoodaard