Vertalingen apostel NL>ES
de apostel
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [aˈpɔstəl] |
Verbuigingen: | -en, -s (meerv.) |
één van de twaalf leerlingen van Jezus -
apóstol (el ~) de apostel Paulus - el apóstol Pablo |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de apostel (m) | el apóstol (m) ; el emisario del cielo (m) ; el profeta (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `apostel`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: discipel