Vertalingen schort NL>ES
het schort
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [sxɔrt] |
| Verbuigingen: | schorten (meerv.) |
kledingstuk dat je ter bescherming over je andere kleren draagt. -
delantal (el ~) keukenschort - delantal de cocina
een schort voor doen - ponerse un delantal |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de schort | el delantal (m) ; el delantal de trabajo (m) ; el mandil (m) |
| schort | base en forma de caja ; camisa ; faldón |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `schort`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: boezelaarNL: lendendoekNL: schortjeNL: sloofNL: voorschootNL: werkschort
