Vertalingen huisvrouw NL>ES
de huisvrouw
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | [ˈhœyfrɑu] |
| Verbuigingen: | huisvrouwen (meerv.) |
vrouwelijke partner die thuis zorgt voor het gezin en de huishouding -
ama de casa (la ~) | Zij heeft bij haar eerste kind haar baan opgezegd, omdat ze ervoor kiest huisvrouw te zijn. - Ella renunció con su primer hijo, porque elige ser ama de casa. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de huisvrouw (v) | la ama (v) ; la ama de casa (v) ; la compañera en la vida (v) ; la cónyuge (v) ; la dueña de casa (v) ; la madre de familia (v) ; la mujer (v) ; la mujeruca (v) ; la señora (v) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `huisvrouw`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: naainecessaire
