Vertaal
Naar andere talen: • zwiepen > DEzwiepen > ESzwiepen > FR
Vertalingen zwiepen NL>EN

zwiepen

werkw.
Uitspraak:  [ˈzwipə(n)]
Verbuigingen:  zwiepte (verl.tijd ) heeft gezwiept (volt.deelw.)

(van iets dat lang en buigzaam is) heen en weer buigen - bounce, lash, swish
Bomen zwiepen in de harde wind - Trees are shaking in the wind.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
zwiepen (ww.)to swish ; to whip
zwiepen sway ; swing
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `zwiepen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: gooien
NL: slaan