Vertalingen wand NL>EN
de wand
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [wɑnt] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
afsluiting of binnenkant van een muur -
wall Er hangt een mooi schilderij aan de wand. - There is a nice painting hanging on the wall. wandspiegel - wall mirror scheepswand - side of a ship |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de wand (m) | the paries ; the wall |
wand | body blank ; partition ; side sheeting ; wall |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `wand`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afscheidingNL: beschotNL: buitenwandNL: kamerwandNL: schotNL: schutNL: tussenschotUitdrukkingen en gezegdes
NL: we beklommen de zuid
wand van de berg
EN: we climbed the south face of the mountain