Vertalingen samenvallen NL>EN
samenvallen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈsamə(n)vɑlə(n)] |
| Verbuigingen: | viel samen (verl.tijd ) is samengevallen (volt.deelw.) |
op hetzelfde tijdstip gebeuren -
clash, coincide Goede Vrijdag en mijn verjaardag vallen dit jaar samen. - Good Friday and my birthday fall on the same day this year.
Het presidentiële bezoek viel samen met een hittegolf. - The presidential visit occured during a heat wave. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| samenvallen (ww.) | to coincide ; to converge ; to correspond |
| het samenvallen | the falling together |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `samenvallen`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: samenlopen
