Vertalingen overwinnen NL>EN
overwinnen
werkw.
| Uitspraak: | [ovərˈwɪnə(n)] |
| Verbuigingen: | overwon (verl.tijd ) heeft overwonnen (volt.deelw.) |
sterker blijken te zijn dan (een vijand, problemen, emoties) -
overcome, surmount, vanquish | je angst overwinnen - to conquer one's fear |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| overwinnen (ww.) | to conquer ; to defeat ; to master ; to overcome ; to surmount ; to win ; to win over |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; MWB
Voorbeeldzinnen met `overwinnen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedwingenNL: bevangenNL: kloppenNL: triomferenNL: verdienenNL: verslaanNL: winnenNL: zegevieren