Vertalingen oppiepen NL>EN
oppiepen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈɔpipə(n)] |
| Verbuigingen: | piepte op (verl.tijd ) heeft opgepiept (volt.deelw.) |
1) (iemand) oproepen met een draadloos zendapparaat -
bleep, beep | de chirurg oppiepen voor een spoedoperatie - beep a surgeon to come up/down for an urgent case |
2) (iets eetbaars) in de oven krokant laten worden -
crispen up, freshen up | stokbrood van gisteren even oppiepen - freshen up a baguette from yesterday |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: interglotVoorbeeldzinnen met `oppiepen`

Voorbeeldzinnen laden....