olie

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[ˈoli]
Verbuigingen:	oliën (meerv.)

vette vloeistof - oil

ruwe aardolie - raw oil zonnebloemolie - sunflower oil olie persen uit koolzaad - press coleseed to make coleseed oil

in de olie zijn (=dronken zijn) - get shitfaced

olie op het vuur gooien (=problemen tussen mensen erger maken) - throw oil on the fire

olie op de golven gooien (=problemen tussen mensen minder erg maken) - smooothe the waves

© K Dictionaries Ltd.

de olie (v)	the oil
de olie	the crude oil ; the engine oil ; the fat ; the grease ; the kerosene ; the lard ; the petroleum ; the suntan oil
olie	oil ; oils ; paraffin-oil

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; MWB; Wakefield genealogy pages




NL: aardolie
NL: bakvloeistof
NL: kerosine
NL: motorolie
NL: reuzel
NL: smeer
NL: smeersel
NL: vet
NL: zonnebrandolie

Let op; `kerosene` wordt wel in US-Engels gebruikt maar niet of zelden in UK-Engels. In UK-Engels gebruikt men `paraffin` In US-Engels gebruikt men `kerosene`

NL: heilige olie EN: holy oil
NL: ruwe olie EN: crude (oil) EN: olie innemen (schip, enz.), oil
NL: olie op de golven gieten EN: pour oil on the waters
NL: olie verversen EN: change oil
NL: olie in het vuur gieten EN: pour oil on the flames
NL: hij is in de olie EN: he is well oiled