kaal

bijv.naamw.

Uitspraak:

[kal]

1) zonder haar of andere normale bedekking - bald, bare

een kaal hoofd - a bald head kale bomen - bare trees een kale plek in het kleed - a bald spot on the carpet

2) zonder extra's - bare, stark

een kaal ingericht kantoor - a starkly furnished office

kale huur (=huur exclusief allerlei andere kosten) - rent only

© K Dictionaries Ltd.

kaal	bald ; barren ; barren ; hairless ; inhospitable ; without hair ; bald ; bald-headed ; balding ; bleak ; callow ; glabrous ; unadorned

Bronnen: interglot; KNNV Botanical glossary; Download IATE, European Union, 2017.; MWB; Wakefield genealogy pages; Wikipedia




NL: afgesleten
NL: arm
NL: armoedig
NL: dor
NL: geschild
NL: haarloos
NL: kaalhoofdige
NL: onbehaard
NL: ongastvrij
NL: onherbergzaam

NL: zo kaal als een knikker EN: as bald as a coot
NL: zo kaal als een rat EN: as poor as a church-mouse
NL: er kaal afkomen EN: come away empty-handed
NL: kaal vreten EN: eat bare, crop short