Vertaal
Naar andere talen: • huisbewoner > DEhuisbewoner > EShuisbewoner > FR
Vertalingen huisbewoner NL>EN
de huisbewoner (m) the householder ; the inhabitant ; the lessee ; the lodger ; the renter ; the resident ; the tenant
Bronnen: interglot; mwb


Voorbeeldzinnen met `huisbewoner`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bewoner
NL: inwoner

Alternatieve spelling of gebruik
Let op; `lodger` wordt wel in UK-Engels gebruikt maar niet of zelden in US-Engels.
In UK-Engels gebruikt men `lodger`