de gezondheid

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:

[xəˈzɔnthɛit]

toestand dat je gezond (1) bent - health, healthiness

een zwakke gezondheid hebben - be weak in health

blaken van gezondheid (=zeer gezond zijn) - burst with healthiness

Gezondheid! (=<dat zeg je als iemand niest>) - Bless you!

Op je gezondheid! (=<dat zeg je als je tegelijk met iemand anders een glas alcoholhoudende drank gaat drinken>) - Cheers! To your health!

© K Dictionaries Ltd.

de gezondheid (v)	the cheers ; the good health ; the health ; the healthiness ; the well-being
gezondheid	bless you ; health

Bronnen: MWB; interglot; Wakefield genealogy pages; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.




NL: constitutie
NL: proost
NL: sante
NL: welzijn

Let op; `cheers` wordt wel in UK-Engels gebruikt maar niet of zelden in US-Engels. In UK-Engels gebruikt men `cheers` In US-Engels gebruikt men `thanks`

NL: gezondheid is de grootste schat EN: h. is better than wealth
NL: op iemands gezondheid drinken EN: drink a person's health
NL: (op je) gezondheid! EN: here's luck!, here's to you!