aanhoren

Vertalingen aanhoren NL>EN

werkw.

Uitspraak:	[ˈanhorə(n)]
Verbuigingen:	hoorde aan (verl.tijd ) heeft aangehoord (volt.deelw.)

aandachtig luisteren naar - listen to, hear out

een verhaal aanhoren - listen to the story
niet om aan te horen zijn (=erg lelijk klinken) - not bearable Dat pianospel is niet om aan te horen. - This is really terrible piano playing.

Overige bronnen

aanhoren (ww.)	to hear out ; to hearing ; to listen ; to listen to ; to listening
het aanhoren	the listening to

Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `aanhoren`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: beluisteren
NL: hoorzitting
NL: luisteren
NL: luisteren naar
NL: toehoren
NL: toeluisteren

Uitdrukkingen en gezegdes

NL: ten aanhoren van EN: in the hearing of
NL: het was niet om aan te horen EN: it was a torture to the ear

Zojuist vertaald