Vertalingen zwartmaken NL>EN
zwartmaken
werkw.
| Uitspraak: | [ˈzwɑrtmakə(n)] |
| Verbuigingen: | maakte zwart (verl.tijd ) heeft zwartgemaakt (volt.deelw.) |
ongunstige dingen beweren over (iemand ) -
blacken © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| zwartmaken (ww.) | to vilify ; to slander ; to libel ; to gossip ; to defame ; to blacken ; to backbiting |
| het zwartmaken | the tittle-tattle ; the vilification ; the scandal-mongering ; the scandal ; the profanity ; the mudslinging ; the denigrate ; the defamation ; the blasphemy ; the blacking |
| zwartmaken | whisper about |
Bronnen: interglot; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `zwartmaken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achterklapNL: belasterenNL: geroddelNL: kwaadsprekerijNL: lasterNL: lasteringNL: lasterpraatjeNL: roddelNL: roddelpraatNL: zwart kleuren