verdienen

werkw.

Uitspraak:	[vərˈdinə(n)]
Verbuigingen:	verdiende (verl.tijd ) heeft verdiend (volt.deelw.)

1) geld krijgen voor werk dat je hebt gedaan - earn, get paid

tweeduizend euro netto per maand verdienen - earn two thousand euro netto a month

ergens dik aan verdienen (=ergens veel winst op maken) - make a bag full of money

geld als water verdienen (=veel geld verdienen) - earn money fast

2) behoren te krijgen in ruil voor iets dat je gedaan hebt - deserve, merit

Jij verdient een complimentje. - You deserve a compliment. straf verdienen - merit a punishment

Die oplossing verdient geen schoonheidsprijs. (=dat is niet de ideale oplossing) - This isn't the best solution.

het verdient aanbeveling om (=het is beter om) - it is recommended to ...

© K Dictionaries Ltd.

verdienen (ww.)	to deserve ; to earn ; to earn wages ; to merit
verdienen	be worthy of ; gain ; win

Bronnen: Wakefield genealogy pages; interglot




NL: beuren
NL: waard zijn

NL: verdienen op EN: make a profit on
NL: wat aan iemand verdienen EN: make some money out of a person
NL: hij weet overal wat aan te verdienen EN: he will squeeze money out of a stone
NL: daar is niets aan te verdienen EN: there is no money in it