Vertalingen schaap NL>EN
het schaap
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [sxap] |
| Verbuigingen: | schapen (meerv.) |
dier dat als vee wordt gehouden vanwege de wol en het vlees -
sheep je schaapjes op het droge hebben (=genoeg verdiend hebben om rustig te kunnen leven) - be in the clover
|
een schaap met vijf poten zoeken (=iemand zoeken met een vrijwel onmogelijke combinatie van goede eigenschappen) - look for the impossible
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het schaap | the sheep |
| de schaap | the dolt |
| schaap | sheep ; wild sheep ; wool-bearing animal |
Bronnen: Wakefield genealogy pages; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `schaap`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bloedjeNL: kuikenNL: onnozelaarNL: onnozeleNL: onnozohalsNL: ooiNL: pupilNL: schaapskopNL: uilUitdrukkingen en gezegdes
NL: dat arme
schaap!
EN: the poor lamb!NL: het zwarte
schaap
EN: the black sheepNL: er gaan veel makke schapen in één hok
EN: there is always room for a good oneNL: als er één
schaap over de dam is, volgen er meer, come one
EN: come all