Vertalingen bon NL>EN
de bon
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [bɔn] |
Verbuigingen: | -nen (meerv.) |
1) papiertje waarop staat hoeveel je moet betalen -
check, ticket, voucher om de bon vragen - ask for the check |
2) papiertje waarop staat hoeveel boete je moet betalen -
ticket, fine een bon voor te hard rijden - get a speeding ticket |
op de bon slingeren (=een bekeuring geven) - give a ticket
De politie slingerde de foutparkeerders op de bon. - The police issued tickets for badly parked cars.
|
3) papiertje waarmee je iets kunt kopen -
check, coupon cadeaubon - gift certificate consumptiebon - food voucher |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de bon (m) | the coupon ; the deposit voucher ; the fine ; the penalty ; the ticket ; the token ; the voucher |
bon | bill ; exchange voucher ; voucher |
Bronnen: interglot; mwb; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `bon`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bekeuringNL: boeteNL: cadeaubonNL: couponNL: kassabonNL: reçuNL: stortingsbewijsNL: voedselbonAlternatieve spelling of gebruik
| Let op; In het UK-Engels en het US-Engels worden verschillende woorden gebruikt. In UK-Engels gebruikt men `bill ` In US-Engels gebruikt men `check (restaurant)` |
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: op de
bon
EN: (distributie) rationedNL: van de
bon
EN: off the ration