Vertaal
Naar andere talen: • zakgeld > ENzakgeld > ESzakgeld > FR
Vertalingen zakgeld NL>DE

het zakgeld

zelfst.naamw.
Uitspraak:  zɑkxɛlt]

geld dat ouders wekelijks of maandelijks aan hun kind geven - Taschengeld (das ~)
Van haar moeder krijgt ze iedere week twee euro zakgeld. - Von ihrer Mutter bekommt sie jede Woche zwei Euro Taschengeld.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het zakgelddas Taschengeld
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `zakgeld`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: spilpenning